Staatsolie NV maakt gebruik van de gelegenheid om te werken aan de verbetering van haar imago. Dit zei directeur Annand Jagesar vandaag tijdens een persconferentie vlak voor de officiële heropening van het filiaal van Gowtu te Latour. De directeur spreekt van een mijlpaal. “Die olie maakt een lange weg. Het komt uit de aardbodem in Saramacca naar die pijpleiding en dan wordt die geraffineerd. Bij de pomp is het de eerste keer dat wij de klant in zijn ogen kunnen aankijken.”
Jagessar zegt verder dat met de opening van het nieuwe station een initiatief genomen is om het imago van Staatsolie te boosten bij de gemeenschap. Hij stelt dat de productie van benzine na raffinage mooi gepresenteerd moet worden aan de Surinaamse samenleving en dat dan pas een goede ervaring van kwaliteit genoemd kan worden. Met de heropening van Gowtu Latour moet naar zeggen van de leidinggevende bewijs geleverd zijn dat Surinaamse producten niet onderdoen voor de internationale markt.
Directielid van Gowtu, Mark Refos, zegt dat met de realisatie van het ombouwen van het station goed gewerkt is aan de kwaliteit van de producten die Gowtu levert. Refos zegt verder dat vanaf de overname van Gowtu door Staatsolie het bedrijf geconfronteerd is geraakt met moeilijkheden, wat betreft de kwaliteit van haar olie. “We hebben er sindsdien goed aan gewerkt en dat is principe enkele jaren geleden goed opgelost. De refinery moest worden bijgesteld, dus wij hebben hard gewerkt om de productkwaliteit nu werkelijk op de euronorm en de gasolinenorm te krijgen.”
Ook bleek het volgens het directielid dat de faciliteiten een upgrade behoefden. Refos vertelt dat op enkele na de service stations van Gowtu er niet uitzagen. Met het upgraden van de tankstations is er gewerkt aan de loskoppeling van het maatschappelijke van het commerciële. Naar zeggen van het directielid is dan ook direct van de gelegenheid gebruikgemaakt het personeel zodanig op te leiden dat het de standaarden die nodig zijn met zekerheid kan nastreven en bieden.