Kinderen van acht verschillende wijken hebben gedurende de afgelopen twee weken mee kunnen doen met de ‘leri nanga prisiri’ back to school activiteiten van stichting Rumas.
Nadat de kinderen vorig week vrijdag en zaterdag op de Koenders School tools zijn bijgebracht om het nieuws schooljaar tegemoet te gaan hebben zij afgelopen zaterdag meegedaan met sportwedstrijden bij de afsluiting van het geheel bij het Politie Opleidingscentrum(POC). Volgens directeur, Emmy Hart, is het belangrijk dat de kinderen van deze wijken ook de kans krijgen om ook een leuke dag te hebben en wat te leren. “We willen de kinderen iets leren, maar dat kan je alleen doen als je in een ontspannen sfeer bent.”
Hart geeft verder aan dat er vanuit Frimangron, Van Dijk, Latour, Winti Wai, De Boer Buiten, Munder, Flora A en B en Goede Verwachting kinderen aanwezig waren. Er zijn ook kinderen geweest die via de media kennis hadden genomen en die van enkele alleenstaande moeders die Rumas eerder dit jaar heeft getraind zich ook hadden opgegeven voor de sportactiviteiten.
De Rumas directeur zegt dat het evenement heel goed is verlopen. “We moesten de inschrijvingen op den duur stopzetten. We wilden 160 kinderen hebben. Als we het niet zouden stopzetten zouden we 200 tot 300 hebben.” Er is voor sport gekozen om de kinderen bezig te houden, stelt Hart. Er is ook gesproken over misdaadpreventie en gewerkt aan de creatieve vorming van de kinderen. Hierbij hebben de kinderen geleerd om leesstrookjes en spaarpotten te maken. “Ze hebben gekleurd en getekend en een heleboel dingen samen gedaan”, geeft Jenny Cheuk A Lam, de coördinator van Rumas te Land van Dijk aan.
Cheuk A Lam stelt dat de kinderen binnen zeer korte tijd ook hebben geleerd hoe zij drama voorstellingen kunnen doen door zelf hun toneelstuk in elkaar te zetten. Het stuk is in elkaar gezet aan de hand van de lessen die zij hebben gehad van de belanghebbenden die ze hebben geleerd over misdaadpreventie.
Hart geeft aan dat de kern van alles was dat talentontwikkeling in Suriname opgekrikt moet worden. Ze stelt dat zij mist dat in Suriname het kind de kans geboden wordt om zijn talenten te ontwikkelen. De directeur merkt op dat in het verleden allerlei activiteiten georganiseerd werden voor kinderen om hun talent te ontwikkelen en dat weer moet gaan gebeuren.