Ter gelegenheid van 152 jaar Hindoestaanse immigratie presenteerde dr. Chan Choenni op 13 juni zijn nieuwste boek The History of Hindustanis in the Period 1873–2023. De Engelstalige uitgave werd gelanceerd in samenwerking met het Nationaal Archief, de Anton de Kom Universiteit en Stichting OHM.
Tijdens de presentatie benadrukte Choenni het belang van het Engelstalige werk, waarmee hij de geschiedenis van de Hindoestaanse gemeenschap internationaal wil ontsluiten. “Een Engelstalig boek is geen simpele vertaling van een Nederlandstalig werk. Je moet het herschrijven met de Engelstalige lezer in gedachten. Dat vraagt context, uitleg en vooral veel tijd,” aldus de auteur.
Integratie met behoud van identiteit
In zijn lezing ging Choenni dieper in op het unieke karakter van de Hindoestaanse immigratie naar Suriname. Hij vergeleek het Nederlandse koloniaal beleid met dat van Frankrijk en Groot-Brittannië. Waar de Fransen kozen voor strikte assimilatie en de Britten culturele dualiteit toestonden, lieten de Nederlanders ruimte voor integratie met behoud van eigen cultuur. Dit maakte duurzaam cultuurbehoud onder Hindoestanen mogelijk.
Een opvallend element uit de presentatie was de toegang tot landbouwgrond voor immigranten. Na afloop van hun contract kregen velen anderhalf tot twee hectare grond toegewezen tegen een lage huur. Goed beheer leidde vaak tot eigendom. Daarnaast kochten Hindoestanen tijdens economische crises, zoals de cacaocrisis, betaalbare grond van Afro-Surinamers. Ook schonken sommige plantage-eigenaren stukken land aan voormalige contractarbeiders. Deze toegang tot land was volgens Choenni cruciaal voor de economische opbouw van de gemeenschap.
Strenge selectie en sterke vrouwen
De auteur stond ook stil bij de werving in India. Naast officiële wervingsagenten waren er ook illegale ronselaars actief, die Suriname overdreven positief afschilderden. Desondanks werden migranten streng geselecteerd op fysieke en mentale geschiktheid. Opmerkelijk is dat een groot deel van de groep uit sterke vrouwen bestond, die vaak grote gezinnen stichtten.
Choenni uitte ook kritiek op auteurs die de geschiedenis volgens hem eenzijdig en overdreven negatief hebben neergezet. Veel Hindoestanen kozen er bewust voor India te verlaten vanwege de erbarmelijke leefomstandigheden.
Geen etnische rivaliteit
De lezing eindigde met een positieve boodschap over de sociaal-culturele harmonie in Suriname. “Hindoestanen en Creolen hebben nooit in concurrentie geleefd,” stelde Choenni. “Ze vervulden elk hun eigen rol binnen de samenleving – en met succes.”