“Het was een weloverwogen besluit van het ministerie om het diplomatieke paspoort van Xaviera Jessurun in te trekken.” Dat zegt minister Melvin Bouva van Buitenlandse Zaken, Internationale Handel en Samenwerking (BIS) tegenover Key News.
Volgens Bouva heeft Jessurun gisteren een brief van het ministerie ontvangen waarin staat dat zij haar diplomatieke paspoort binnen 14 dagen moet inleveren. “Gebeurt dat niet, dan zullen we op andere manieren het paspoort terughalen en kunnen we ook overgaan tot deactivering,” aldus de minister.
Bouva zegt dat er ook een afschrift is gestuurd naar de secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS), Albert Ramdin. Jessurun is na aanstelling van Ramdin werkzaam bij de OAS en dient het diplomatiek paspoort eveneens in te leveren.
De minister geeft aan dat het besluit is genomen nadat hij zich heeft laten informeren over Jessuruns status in een lopend onderzoek. Jessurun is samen met Paul de Haan en Prenobe Bissessar als verdachte aangeduid door het Openbaar Ministerie (OM) in de megafraudezaak van de SLM. En worden verdacht van (mede)oplichting, verduistering, witwassen, valsheid in geschrifte en gekwalificeerde verduistering. “Aan het Openbaar Ministerie is gevraagd of het klopt dat Jessurun de status van verdachte heeft. Het OM heeft op 13 oktober bevestigd dat betrokkene sinds 2 februari de status van verdachte heeft.”
Het diplomatieke paspoort van Jessurun zou op 13 mei 2025 zijn uitgegeven. Volgens Bouva had dat niet moeten gebeuren, omdat zij op dat moment al de status van verdachte zou hebben gehad. Dat is voor de minister een belangrijke overweging geweest om over te gaan tot correctie. “Als verdachte hoor je geen diplomatiek paspoort te krijgen,” zegt hij.
Ook het feit dat Jessurun, nadat zij als verdachte was opgeroepen, niet is verschenen voor het Openbaar Ministerie op 5 december, heeft volgens Bouva meegewogen in de beslissing. “We moeten voorkomen dat er verder misbruik wordt gemaakt van ons diplomatiek paspoort om eventuele vervolging of straf te ontlopen.”
Bouva stelt dat BIS verantwoordelijk is voor het waarborgen van de integriteit van het Surinaams diplomatiek paspoort en dat er daarom geen andere keuze was dan intrekking. Hij benadrukt dat het besluit niet is genomen op advies van de procureur-generaal. Wel zegt hij dat de PG eerder zou hebben geadviseerd dat Jessurun niet kon worden ingezet bij de OAS, maar dat dit advies destijds terzijde zou zijn geschoven.













