“Het is niet vanwege het CLAD dat ik geen minister ben geworden”, zei DNA-lid Bronto Somohardjo onlangs in het programma Q&A over zijn keuze parlementariër te worden en geen minister in het nieuwe kabinet.
De ondervoorzitter van de Pertjajah Luhur zei dat hij het voorrecht heeft gehad om te kiezen tussen het ministerschap en een plek in het parlement. Zijn partij had hem voorgedragen als minister. “De president en alle andere coalitieleden wilden me graag erbij, maar ik heb bewust gekozen voor het parlement. Ik ben onafhankelijk, niemand kan me wat zeggen en niemand kan me wat doen behalve het volk en de Almachtige. Ik denk dat we voor deze periode zulke DNA-leden nodig hebben.”
Hij bevestigde dat zijn keuze niets te maken heeft met het CLAD-rapport en het strafrechtelijk onderzoek, dat door de vorige minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning naar aanleiding van het rapport is aangevraagd bij de procureur-generaal (pg).
Somohardjo haalde aan dat als hij kandidaat-minister was,er een antecedentenonderzoek zou komen, waarbij nagegaan zou worden of hij een strafblad heeft, eerder in de gevangenis heeft gezeten en of er een lopende zaak tegen hem is. Hij zou het antecedentenonderzoek feilloos halen, maar hij heeft gekozen om het volk te dienen in het parlement.
De PL-ondervoorzitter zei verder dat er binnenkort brieven worden gericht aan de pg en dat er zal worden verzocht om het strafrechtelijk onderzoek zo snel mogelijk aan te vangen en af te ronden. Hij vindt het niet correct dat zijn naam telkens wordt gelinkt aan het CLAD-onderzoek en hij wil dat deze kwestie snel wordt afgerond.