Vicepresident Ronnie Brunswijk heeft gereageerd op de commotie rondom een perceel dat zonder toestemming zou zijn toegekend aan minister Delano Lanvreugd.
Tijdens een persmoment voorafgaand aan de wekelijkse vergadering van de Raad van Ministers (RvM) ging hij in op de kritiek en benadrukte dat de juiste procedures zijn gevolgd. Hij haalde daarbij parlementariër Asiskumar Gajadien aan, die zich kritisch had uitgelaten over de kwestie. “Ik weet het niet hoor, maar misschien is Gajadien meer deskundig op alle gebieden”, zei Brunswijk, verwijzend naar de rol van Gajadien in het debat.
Volgens de vicepresident is er geen sprake van onregelmatigheden. Hij legde uit dat minister Landvreugd vóór zijn benoeming als minister voorzitter was van een stichting en dat deze stichting op reguliere wijze een aanvraag voor het perceel had ingediend. “Die organisatie heeft gevraagd, die organisatie heeft het niet gestolen”, stelde hij. Brunswijk beklemtoonde dat een aanvraag de normale weg volgt en dat het verkrijgen van een perceel geen kwestie is van willekeur, maar van een formeel proces.
De commotie ontstond nadat documenten waren opgedoken die leken te suggereren dat de grond zonder de juiste procedures was toegekend. Brunswijk weerlegde deze aantijgingen door te verwijzen naar een officiële brief van het ministerie van Sociale Zaken. “Vanuit het ministerie van Sociale Zaken staan wij achter de doelstellingen van de stichting en juichen het goede werk dat er wordt gedaan toe”, citeerde hij uit de brief. Hierin werd expliciet vermeld dat er geen bezwaar was tegen de aanvraag van de stichting.
Toch circuleert er volgens Brunswijk een andere brief in de media die een heel andere indruk wekt. Hij wees erop dat de juiste procedure is gevolgd en dat Gajadien zich mogelijk baseert op onjuiste informatie. “Als het zo is dat deze brief, die origineel brief en authentiek is, en er circuleert een andere brief dat het zo is. Kan niet toch?” zei hij. De vicepresident concludeerde dat minister Landvreugd geen blaam treft en dat de zaak bewust wordt opgeblazen door critici.
