Vicepresident en ABOP-voorzitter Ronnie Brunswijk heeft voor aanvang van de vergadering van de Raad van Ministers (RvM) benadrukt dat geen enkele voorzitter van een politieke partij voor hem moet bepalen welke strategie hij moet toepassen.
“ABOP is niet etnisch bezig. De basis van de ABOP is het binnenland en de binnenlandbewoners. Daar zijn we begonnen”, aldus Brunswijk. Hij vroeg zich retorisch af of men wel goed heeft geluisterd naar de uiteenzetting van de erevoorzitter van de VHP op 16 januari. “De VHP was toch de Vooruitstrevende Hindoestaanse Partij. Waren ze niet etnisch?” Hij zegt dat de VHP in eerste instantie een etnische partij is geweest die later is gefuseerd met zeker twee andere Hindoestaanse Partijen.
Brunswijk merkt op dat de VHP een naamsverandering heeft ondergaan en nu doet alsof het een bromki dyari is. “Dat is voor het publiek. Maar de werkelijkheid is anders als je kijkt naar bewegingen in de samenleving.” De vicepresident laat weten dat hij zich zal blijven inzetten om de binnenlandbewoners te bundelen. “Het heeft niets te maken met etnische politiekvoering. Het is belangrijk om de binnenlandbewoners bij elkaar te brengen, want er is verdeeldheid. En zo kan je dan samen met de andere bevolkingsgroepen werken aan de ontwikkeling van Suriname”, nuanceert hij.
Brunswijk benadrukt dat als mensen bang zijn voor de ABOP, ze het dan maar moeten bekijken. “Nogmaals, geen enkele voorzitter van een politieke partij moet voor de ABOP komen bepalen. Wij bepalen de strategie zelf.” VHP-voorzitter Chan Santokhi zei tijdens de dankdienst in verband met 75 jaar VHP dat de etnische polarisatie in het land een bedreiging vormt voor de natie. “De tijd van koelie en blakaman is allang voorbij. Er zijn nog mensen en partijen die etnische groepen tegen elkaar wensen op te zetten om zodoende een etnische strijd aan te wakkeren”, woorden van Santokhi.