Elke week gonst het op de radio van gelach, geroezemoes en livemuziek wanneer Radio 10 weer uitzendt vanuit de legendarische bierpub Wan Bon. Daar hoor je stemmen als Steven “Feddie” van Frederikslust en Bobby Doerga enthousiast praten over de man die die avonden tot leven wekt: DJ Jerry Jay.
Maar vergis je niet: deze man is geen nieuwkomer achter de draaitafels. Hij is een oldskool DJ van way back, gevormd door drie decennia ervaring, vinyl, zweet en pure passie.
Geboren in de Koningstraat en opgegroeid tussen Van Dijk en Abra Broki, kende hij van jongs af aan het ritme van het volk. In de “prasi oso-cultuur”, waar meerdere families op één erf leefden, leerde hij wat samenleven, delen en overleven betekende. “We groeiden op tussen gangsters, straatmuziek en kerkgeluiden. Alles door elkaar, maar dat was Suriname”, vertelt hij met een glimlach.
De jongen uit de ghetto
Als kind luisterde Jerry naar alles wat zijn omgeving hem bood: kaseko, pop, Hindostaans, gospel en de vroege Surinaamse radiozenders. “We hadden weinig, maar we maakten overal feest van”, zegt hij. Zijn ouders werkten beiden voor de overheid, vader bij Financiën, moeder bij de Belastingdienst, maar muziek zat niet in de familie. Wat wél in hem zat, was nieuwsgierigheid.
In de jaren ’80 begon hij mixtapes op te nemen van de radio. Hij draaide ze eindeloos terug op een oude dubbeldeckspeler om te begrijpen hoe dj’s zoals Rick Grunberg en Winston hun overgangen maakten. “Ik analyseerde letterlijk elke beat. Dat was mijn school”, herinnert hij zich. “Geen YouTube-tutorials, alleen oren en gevoel”.
In 1987, het jaar dat hij Mr. Teenage Junior werd, wist hij: dit wordt mijn pad. En hoewel hij zijn school even verliet, keerde hij terug om zijn Nederlands te verbeteren – deels uit trots, deels om indruk te maken op meisjes, lacht hij.
De eerste gigs: Van mixtape naar dancefloor
In 1989 kreeg hij zijn eerste kans via DJ Ferdi van Augie’s Drive. Daar mocht hij op kinderfeesten draaien en leerde hij omgaan met echte draaitafels. Zijn stijl viel op: hij durfde reggae te draaien in chique zalen waar dat eigenlijk niet hoorde. “Ik hield ervan om grenzen te breken. Muziek moet voelen, niet passen in hokjes”.
Zijn grote doorbraak kwam in 1994, toen hij meewerkte aan Suripop met het nummer “Sranan Now” van Henk Plein. Niet lang daarna werd hij hoofd-DJ bij Cartoush, een van de heetste clubs van die tijd. “Daar leerde ik wat timing écht is. Geen laptop, geen sync-knop. Je moest het publiek lezen, niet het scherm.”
De Surinaamse muziekcultuur was toen nog traditioneel, maar Jerry bracht frisheid: hij mixte R&B, rock, dancehall en funk zonder schaamte. “Iedereen draaide black music. Ik gooide soms Bon Jovi ertussen – gewoon om te zien wat er zou gebeuren”, lacht hij.
Van straat tot ster: de opkomst van een vakman
Midden jaren ’90 begon zijn naam te groeien. De combinatie van techniek, flair en muzikaal inzicht maakte hem geliefd. In 1996 werd hij door radiozenders als SRS en KBC uitgeroepen tot DJ van het Jaar. “Geen award, geen geld – maar de erkenning was er. En dat gaf me vuur”.
In die tijd draaide hij bijna zes dagen per week, op bruiloften, bedrijfsfeesten, clubs en straatfeesten. Hij stond aan de wieg van wat later zou uitgroeien tot de grootste streetparty van Suriname: de Galaxy Owru Yari Party. “Het begon gewoon als een feestje voor personeel, vrienden en familie van Galaxy, Ninon en Roopram. We dansten letterlijk in de gang”, zegt hij trots. “Ik draaide geen kaseko, maar internationale dance – en mensen voelden dat verschil”. Het feest groeide uit tot een jaarlijkse traditie met 10.000 bezoekers. In 2013 haalde het zelfs CNN, dat de Galaxy Owru Yari noemde als een van de bijzonderste nieuwjaarsfeesten ter wereld.
De allrounder met discipline
Jerry Jay noemt zichzelf een functionele DJ: geen showman, maar een strateeg achter de draaitafels. “Ik ben daar om mensen te entertainen met muziek, niet om te dansen voor hen”, zegt hij nuchter. “Ik studeer de crowd, ik observeer. Een DJ heeft maar drie uur om de sfeer te begrijpen”.
Hij bereidt elk feest voor als een examen. Eerst kijkt hij naar de doelgroep, het tijdstip, het thema. “Bij privéfeesten begin je rustig – met diner- en inloopmuziek. Pas daarna bouw je spanning op. Een DJ die te vroeg knalt, verliest zijn publiek.” Verzoeknummers accepteert hij zelden. “Een DJ vertelt een verhaal. Als je komt om je eigen playlist te horen, blijf dan thuis. Laat me je verrassen.”
De strijd en trots van een Surinaamse DJ
Ondanks zijn successen blijft hij kritisch op de Surinaamse muziekscène. “De ontwikkeling gaat traag. Alle grote artiesten hebben een ander paspoort. Als je verder wil komen, moet je naar buiten”. Toch voelt hij zich sterk verbonden met zijn land. “Ik heb nooit ergens anders willen wonen. Ik leef goed van mijn werk, dus ik heb gewonnen”.
Zijn frustratie zit in hoe Suriname soms talent behandelt. “We hebben de beste allround DJ’s, maar niemand ziet het als exportproduct. In Nederland is een dj een merk. Hier ben je ‘de man achter de muziek’. Kijk naar Galaxy: iedereen kent het feest, maar bijna niemand weet dat ik al 25 jaar de enige DJ ben die daar draait.”
Hij hekelt ook het gebrek aan structuur. “Er is te veel vriendjespolitiek, te weinig kennis van de scene. The right man on the right place ontbreekt vaak. Daarom blijven we stilstaan.”
Over identiteit en respect
Hoewel hij Hindostaans is, weigert hij om in culturele hokjes te denken. “Sommigen noemen me de ‘koelie DJ’, maar ik ben meer Surinamer dan je denkt”, zegt hij zonder bitterheid. “Ik versta geen Hindoestaans, maar als ik een Hindoestaans nummer draai en mensen worden emotioneel, voel ik dat. Muziek overstijgt afkomst”.
Zijn doelgroep is vaak de upperclass mature crowd, maar zijn hart blijft bij de straat. “Ik ben een prasi oso-jongen die het heeft gemaakt zonder zich te verkopen. Daar ben ik trots op.”
Lessen, liefde en levensfilosofie
In zijn beginjaren gaf hij geld even snel uit als hij het verdiende. “Ik dacht: het komt toch wel weer. Maar later leerde ik omgaan met geld. Pas de laatste vijftien jaar besef ik wat sparen betekent,” zegt hij lachend.
Zijn advies aan jonge dj’s is simpel: ontwikkel je eigen stijl. “Er lopen al genoeg kopieën rond. Andy Safado was goed, maar je hoeft geen tweede Andy te zijn. Wees jezelf, dan blijf je hangen”.
Over stoppen denkt hij niet. “Ik wilde ooit met mijn ex op mijn dertigste kappen en samen iets nieuws doen. Toen ging het uit, en ik kreeg meer motivatie dan ooit. Misschien was dat mijn redding”.
Hij blijft zich bewust van zijn plek in de geschiedenis. “Herinner me als de DJ die de grootste streetparty van Suriname is begonnen, die trouw bleef aan zijn stijl, en die zonder hype mensen liet dansen”.
De stilte achter het geluid
Hoewel hij leeft van lawaai, zoekt hij zijn rust in stilte. “Als ik in de auto zit, is de radio vaak uit. Muziek is mijn werk, stilte is mijn therapie”. Hij houdt van slapen, trainen en af en toe een goede film. “Ik had ooit acteur willen worden, maar we wonen niet in Hollywood”, zegt hij glimlachend.
Toch had het zomaar anders kunnen lopen. “Ik was een schooldropout. Mijn vader werd ziek, geld was schaars. Maar ik bleef dromen. Uiteindelijk kwam ik de juiste mensen tegen, op het juiste moment – the right man on the right place”.
De nalatenschap van een legend
Vandaag, ruim 35 jaar na zijn eerste optreden, heeft DJ Jerry Jay overal gedraaid: Cartoush, Millennium, Werners Drive, Galaxy, en zelfs in Curaçao, Nederland, Miami en Guyana. Hij was de vaste DJ bij Werners Drive tot het overlijden van Werner Duttenhofer, maakte remixen zoals *“Witti Visi”* met Flososik, en werkte mee aan Suripop-producties als *“Opo Mi”* van Marjorie de Clercq.
Hij noemt zichzelf geen ster, maar een vakman. “Ik doe wat ik goed kan – draaien. Geen socialmediacircus. Wat ik doe, moet in de muziek zitten, niet in mijn Instagram-bio”.
Zijn ultieme moment van kippenvel kwam tijdens de eerste Galaxy Owru Yari, waar het volkslied live werd gespeeld. “Toen 10.000 mensen meezongen, kreeg ik tranen. Dat is waarom ik het doe”.
Een leven in ritme
Als hij terugkijkt, zou hij niets veranderen. “Ik heb fouten gemaakt, ja. Maar alles bracht me hier. Ik hou van mijn leven als DJ”. En wie hem ooit heeft zien draaien, weet: hij doet het niet voor de schijn, maar voor het gevoel.
Uit de prasi van Van Dijk naar de harten van duizenden feestgangers — DJ Jerry Jay is het levende bewijs dat discipline, passie en authenticiteit nog altijd de beste beat vormen.
“Ik ben geen overhypte DJ”, zegt hij met een glimlach. “Gewoon een gewone jongen die mensen een goede tijd geeft. En zolang ze dansen, draai ik door”.


De eerste gigs: Van mixtape naar dancefloor











