De rechter heeft Nati B. (50) veroordeeld tot een gevangenisstraf van 1 jaar, waarvan drie maanden voorwaardelijk en een proeftijd van twee jaar, wegens poging tot zware mishandeling.
De Dominicaanse vrouw stak op 20 juni haar landgenote tijdens een confrontatie in Sipaliwini met een kapotte bierfles, waarbij het slachtoffer verwondingen opliep in de hals en het gelaat. Vrijdag betuigde Nati B. in haar laatste woord spijt en vroeg ze om vergiffenis.
Tijdens de zitting verklaarde het slachtoffer dat ze op de bewuste dag ruzie had met een vriendin en medebewoonster van een appartementencomplex op een goudveld in het binnenland. Nati B. ging zich met de zaak bemoeien waarna de situatie uit de hand liep. De beklaagde zou haar kamer zijn binnengedrongen, haar naar binnen hebben geduwd en de deur van buitenaf hebben gesloten. Het slachtoffer probeerde de deur te openen door te bonken en schreeuwde om hulp. Toen Nati B. de deur uiteindelijk opende, zou ze het slachtoffer hebben aangevallen, waarbij ze eerst een bierfles op haar hoofd stuksloeg en vervolgens met de gebroken fles steken toebracht aan haar hals, gezicht, romp en een bovenbeen.
Nati B. verklaarde echter tijdens haar verhoor dat het slachtoffer slechts een deel van het verhaal vertelde en dat ze de situatie in haar nadeel probeerde uit te leggen. Volgens Nati B. had ze juist geprobeerd het slachtoffer te beschermen tegen de andere vrouw met wie die ruzie had. Ze zou het slachtoffer drie keer in haar kamer hebben opgesloten om verdere problemen te voorkomen, omdat het slachtoffer dronken was en mogelijk gewelddadig kon worden.
Bij de derde keer dat ze uit de kamer kwam, zou het slachtoffer juist haar hebben aangevallen. Dit leidde tot een worsteling die eindigde in de kamer van de verdachte, waar Nati B. uiteindelijk de lege fles pakte en het slachtoffer verwondde. Ze gaf aan te hebben gehandeld uit angst, omdat ze vermoedde dat het slachtoffer gewapend uit haar kamer terugkwam.
Volgens de openbare aanklager was er sprake van een poging tot doodslag, omdat de steek in de hals gericht zou zijn op een vitale plek, met het risico dat het slachtoffer fataal verwond kon raken. Er werd daarom een gevangenisstraf van drie jaar geëist. Echter, de rechter oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor poging tot doodslag en sprak Nati B. daarvan vrij. Het bewijs voor poging tot zware mishandeling achtte de rechter wel overtuigend bewezen.
Valerian Bendanon, Nati B’s advocaat, voerde in zijn pleidooi aan dat er geen bewijs was van opzet om het slachtoffer van het leven te beroven. Hij wees erop dat Nati B. juist had geprobeerd het slachtoffer te beschermen en dat haar actie mogelijk uit frustratie was ontstaan. Bendanon betitelde het slachtoffer als een ‘ongeloofwaardige’ getuige en verwees naar tegenstrijdige verklaringen over haar beroep, waarin ze bij de politie aangaf sekswerkster te zijn, terwijl ze in de rechtbank verklaarde kokkin en huishoudster te zijn.
Bij de strafoplegging hield de rechter onder meer rekening met de omstandigheden van het incident en de spijtbetuiging van de beklaagde.