Joel Timotheus Martinus alias ‘Bordo’ was de grote afwezige bij de aanvang van de strafzaak tegen hem en vier andere verdachten. Rechter Maureen Dayala heeft bij de start van de zaak op woensdag 15 februari 2023 op verzoek van Officier van Justitie Mirella van Dijk verstek verleend aan ‘Bordo’.
Dat geldt ook voor de eveneens afwezige verdachte Clifton J. alias ‘Keppie’. De overige verdachten Albert G., Ramesh Ph. en Prachand Ph. waren wel aanwezig. De verdachten worden verweten zich schuldig te hebben gemaakt aan onder meer: deelneming aan een criminele organisatie en overtreding van de wet verdovende middelen. De zaak staat ook bekend als de ‘Zaak Begraven Vliegtuigzaak’, waarbij een in Marowijne begraven vliegtuig door de politie werd opgegraven.
‘Bordo’ wordt bijgestaan door de advocaten: Irvin Kanhai en Jennifer Korendijk. Kanhai was bij de aanvang van de zaak afwezig en werd vertegenwoordigd door collega Derrick Veira. De verdediging van Clifton J. wordt gevoerd door Kanhai en zijn collega Arjan Ramlakhan, terwijl de gebroeders Ramesh en Prachand Ph. de advocaat Robby Denz in de arm hebben genomen. Albert G. wordt bijgestaan door raadsvrouw Therese Roos.
Korendijk heeft bij de opening van de zaak de aandacht van de rechter gevraagd voor het feit dat de verdediging niet beschikt over het dossier. Ze werd daarin ondersteund door de overige advocaten. Mr. Veira merkte ook op dat er twijfels zijn over de juistheid waarop ‘Bordo’ is gedagvaard. Zo zou de dagvaarding mogelijk niet zijn aangeplakt op het districtscommissariaat zoals het Wetboek van Strafvordering gebiedt. Daarom overweegt de verdediging een exceptie te willen opwerpen.
Maar Veira wil eerst het dossier doornemen. Vooruitlopend daarop vroeg hij de rechter om het OM niet vandaag de zaak te laten aanbrengen, maar te wachten tot de volgende zitting wanneer de verdediging de gelegenheid heeft gehad om het dossier te bestuderen. De raadslieden hebben unaniem aangegeven dat het voor de verdediging frustrerend is om zonder de dossiers aan de slag te gaan. Een interventie van de rechter heeft erin geresulteerd dat het OM afschriften van de dossiers zal opsturen voor de advocaten.
Wat het verwijt van Veira betreft over de dagvaarding van ‘Bordo’ stelde de openbare aanklager dat die wél op de juiste wijze was geschied. Ze vroeg de rechter dan ook de exceptie te verwerpen en de zaak, zoals gepland, voort te laten gaan. De rechter oordeelde dat er niets mis is met de dagvaarding en verwierp de exceptie, waarna de zaak in behandeling is genomen.
De zaak is uitgesteld tot 20 maart aanstaande. De gebroeders Ramesh en Prachand Ph. zijn op vrije voeten en zijn aangezegd om op die dag weer voor de rechter te verschijnen. Albert G. is in hechtenis en zal door de politie worden aangevoerd. Op die dag zal ook een hoofdinspecteur van politie, die meer over het onderzoek kan vertellen, als getuige worden gehoord. Het OM zal dan vertegenwoordigd zijn door de eigenlijke zaakofficier, die vandaag niet aanwezig was.
Volgens een opsporings- en arrestatiebevel van het OM worden ‘Bordo’ en Clifton J. verdacht van: moord, medeplichtigheid/medeplegen tot moord, doodslag, medeplichtigheid/medeplegen tot doodslag, deelneming criminele organisatie, bedreiging met misdrijf, overtreding Wet Verdovende Middelen, overtreding Wet Money Laundry. Beide mannen worden ook op de Red Notice lijst van de International Criminal Police Organization (Interpol) in verband gebracht met deze ernstige strafbare feiten.