De Kantonrechter heeft een uitspraak gedaan in het kort geding dat de Bond van Personeel in Dienst van N.V. Havenbeheer Suriname (de bond) had aangespannen tegen N.V. Havenbeheer Suriname (de NV). De zaak draaide om de benoeming van een externe kandidaat voor de functie van onderdirecteur.
De bond stelde dat de NV in strijd handelde met artikel 5.1 van de cao, waarin is bepaald dat bij de invulling van leidinggevende functies voorrang moet worden gegeven aan interne kandidaten die geschikt zijn. De bond eiste dat de NV zou worden verboden een externe kandidaat aan te trekken zolang geen interne sollicitatieprocedure was doorlopen, en dat een dergelijke procedure alsnog zou worden opgestart.
De NV voerde in haar verweer aan dat de functie al jaren vacant stond zonder dat medewerkers intern belangstelling toonden. Ook zou de vereiste expertise binnen de organisatie ontbreken. Bovendien wees de NV erop dat de functie per 1 mei 2025 reeds was ingevuld, terwijl de bond pas op 6 mei een vordering indiende.
De kantonrechter verklaarde de bond daarop niet-ontvankelijk en legde haar de proceskosten op. Volgens de rechter kan een verbod om iemand in dienst te nemen niet meer worden toegewezen als de persoon al in dienst is.
Wel stelde de kantonrechter ten overvloede vast dat de NV in strijd heeft gehandeld met de cao door geen interne procedure te starten. Daarnaast achtte de rechter onvoldoende aannemelijk dat er binnen de organisatie helemaal geen geschikte kandidaten waren, omdat dit volgens de cao juist via een interne procedure had moeten blijken.