De moeder van Raymond Ford (bakfietser) koestert geen wraak tegen de 20-jarige veroorzaker van de aanrijding waarbij haar zoon is overleden. Integendeel, ze heeft Ruiz G. al vergeven. “Ik heb je vergeven, ik ben niet boos op je,” aldus de moeder. Maar ze adviseerde hem vooral ook in het reine te komen met de Schepper.
De moeder mocht als vertegenwoordiger van de nabestaanden het woord voeren tijdens de gerechtszitting van 9 maart jongstleden. Ze had de zitting samen met andere gezinsleden bijgewoond en de getuigenverhoren gevolgd. Maar toen het moment was aangebroken om videobeelden van de aanrijding te bekijken, kozen ze ervoor de zaal te verlaten.
De beklaagde heeft spijt betuigt voor de aanrijding die hij in de ochtend van 29 januari jongstleden heeft veroorzaakt. Hij reed die dag heel hard en ramde eerst een andere personenauto van achter voordat hij de nietsvermoedende bakfietser ook van achter aanreed. Ford was vrijwel op slag dood.
Volgens het politieonderzoek reed de veroorzaker te hard, circa 130km/u.
De moeder van het slachtoffer zei dat ze er niet van uitgaat dat Ruiz G. uit huis is gegaan om haar zoon dood te rijden, maar voegde eraan toe dat ze met zijn heengaan wel veel heeft verloren. Hij laat drie kinderen na. Volgens de moeder was hij als harde werker ook een voorbeeldfiguur voor veel jongeren.
De vader van de veroorzaker zocht na het ongeluk contact op met de moeder van het slachtoffer en heeft de familie financieel bijgestaan. Hij liet in de rechtszaal weten dat er nog afspraken zijn tussen hem en de familie. De moeder heeft bevestigd dat er goed contact is en sprak de hoop uit dat de man zijn woord houdt en naar de kinderen omkijkt. Hij heeft, aldus de moeder, ook toegezegd de drie kinderen van Ford maandelijks (financieel) te ondersteunen.
Volgens het politieonderzoek reed de veroorzaker te hard, circa 130km/u. Rechter Roy Elgin heeft een verzoek van de verdediging om de hechtenis van de verdachte op te heffen afgewezen. Het is niet uitgesloten dat het Openbaar Ministerie een strafvoorstel doet op de zitting van 23 maart aanstaande.