Het Openbaar Ministerie (OM) in Nederland gaat in hoger beroep tegen de uitspraken van de rechtbank in de moordzaak van journalist Peter R. de Vries. De rechtbank legde gevangenisstraffen op tot 28 jaar op aan negen verdachten. Het OM is echter niet tevreden met deze vonnissen.
Het OM had tegen drie hoofdverdachten – de vermeende schutter, chauffeur en moordmakelaar – levenslange gevangenisstraffen geëist. De schutter en chauffeur kregen 28 jaar cel, terwijl de moordmakelaar 26 jaar en 1 maand kreeg, de maximale tijdelijke straf wegens een eerdere veroordeling.
De rechtbank in Amsterdam legde lagere straffen op dan het OM had geëist en sprak twee verdachten vrij. Ook werden sommige verdachten vrijgesproken van deelname aan een criminele organisatie. Peter R. de Vries werd op 6 juli 2021 neergeschoten in het centrum van Amsterdam na een optreden in RTL Boulevard. De 64-jarige misdaadverslaggever overleed negen dagen later aan zijn verwondingen.
Direct na de schietpartij werden beelden van de gewonde De Vries verspreid via sociale media. Justitie beweert dat de verdachten dit deden met een terroristisch oogmerk om angst te zaaien onder de bevolking. De rechtbank vond echter dat dit niet bewezen kon worden. Het OM wil deze kwestie nu in hoger beroep aan het hof voorleggen.
De Vries was vertrouwenspersoon van kroongetuige Nabil B. in het Marengoproces rond hoofdverdachte Ridouan Taghi. Justitie is ervan overtuigd dat dit de reden was voor zijn moord. Eerder zijn ook de broer en advocaat van de kroongetuige vermoord. De rechtbank vond echter geen bewijs voor een verband tussen deze zaken.