De uitbetaling van de toegezegde overbruggingstoelage van SRD 3500,- per maand aan personeel van de Stichting Regionale Gezondheidsdienst (RGD) wordt opnieuw uitgesteld. Dat staat in een interne circulaire van de directie, gedateerd 31 oktober 2025, die door Key News is ingezien.
Het gaat om de toelage die medewerkers zouden ontvangen over de maanden februari en maart 2025. Die uitbetaling “zal op een later moment plaatsvinden”, schrijft waarnemend directeur Steven Tel.
Volgens de directie is de vertraging het gevolg van het ontbreken van financiële middelen. De RGD geeft aan dat zij nog geld moet ontvangen van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Arbeid. “Zodra de middelen beschikbaar zijn gesteld, zal de overbruggingstoelage alsnog worden uitbetaald”, aldus de circulaire. Het bestuur zegt begrip te hebben voor het ongemak dat dit veroorzaakt bij medewerkers.
De overbruggingstoelage van SRD 3500 bruto per maand werd eerder dit jaar met het personeel gecommuniceerd als een tijdelijke financiële ondersteuning in afwachting van een structurele salarisaanpassing. De toelage werd gepresenteerd als compensatie voor de gestegen levensonderhoudskosten en de druk waaronder RGD-medewerkers werken in de eerstelijnszorg. Verpleegkundigen zullen elke keer 2 maanden overbruggingstoelage ontvangen om zo de achterstanden in te lopen.
In eerdere interne mededelingen en berichten die rondgingen onder het personeel was aangegeven dat de bedragen over februari en maart zouden worden uitbetaald, maar dat gebeurde niet. Medewerkers uitten daarover al langer hun ongenoegen. De betaling van de toelage werd binnen de organisatie gezien als een belangrijke afspraak tussen de RGD en het personeel in een periode waarin de sector kampt met personeelstekorten, hoge werkdruk en stijgende kosten.
Met de nieuwe boodschap van 31 oktober bevestigt de leiding van de RGD dat er op dit moment geen dekking is om het bedrag uit te keren. De directie legt de verantwoordelijkheid bij de nog niet vrijgegeven middelen vanuit het ministerie. Er is geen nieuwe datum genoemd voor de uitbetaling.
Het is voor personeel de tweede keer dat de toelage “op korte termijn” in het vooruitzicht wordt gesteld, maar feitelijk wordt doorgeschoven. Medewerkers geven aan dat het vertrouwen daarmee verder onder druk staat. De directie vraagt in de circulaire desondanks om begrip.











