De Stichting Arbeidsmobilisatie en Ontwikkeling (SAO) heeft vrijdag het houten miniatuurhuis SAO Oso Tori Oso feestelijk in gebruik genomen aan de Difoestraat in Geyersvlijt.
Het traditioneel vormgegeven huisje, gebouwd door cursisten van de afdelingen Bouw en Machinale Houtbewerking, krijgt samen met het aangrenzende pleintje de functie van laagdrempelige ontmoetingsruimte voor buurt en samenleving.
Het project is tot stand gekomen in samenwerking met Under the Blue Surface (UBS) en met ondersteuning van fondsen van de Nederlandse overheid. Het huisje, dat eerder onder beheer was van NAKS en in de binnenstad werd rondgereden, heeft nu een vaste plaats op het SAO-terrein. Bezoekers kunnen er een inkijk krijgen in traditionele wooncultuur; zo maken diverse ‘fosten sani’ (vroeger gebruikte voorwerpen) deel uit van de presentatie.
Tijdens de ingebruikname spraken onder meer onderminister Raj Jadnananding (Volksgezondheid, Welzijn en Arbeid) en werd het naambord onthuld. Ook werden tien seniore buurtbewoners in het zonnetje gezet met pakketten en snacks, mogelijk gemaakt door Lions Club Parwani. “Zij houden een oogje in het zeil en ondersteunen ons op verschillende manieren”, aldus SAO-directrice Joyce Lapar. Een van de aanwezige senioren noemde het gebouw “een deel van onze geschiedenis” en riep op dit te koesteren.
De SAO, die in 2026 haar 45-jarig bestaan viert, ziet de nieuwe locatie als middel om mensen warm te maken voor (om)scholing. De stichting biedt vaktrainingen voor jongeren en volwassenen vanaf 16 jaar; ook senioren kunnen aansluiten. “Met kennis kun je een huisje bouwen, maar ook jezelf versterken. Dat doen we samen met de samenleving”, benadrukte Lapar.
Op de ontmoetingsplek kunnen bijeenkomsten tot 30 personen worden gehouden; daarnaast moet de plek de groepscohesie onder cursisten en personeel versterken. Eerder dit jaar organiseerde SAO workshops en een gezondheidsdag; op woensdag 22 oktober volgt een themadag rond Mental Health Day voor cursisten en publiek.
Met SAO Oso Tori Oso voegt de stichting een tastbare erfgoedplek toe aan haar opleidingsaanbod—een plek waar ambacht, cultuur en gemeenschapszin samenkomen. Directrice Lapar doet tot slot een oproep aan de samenleving om gebruik te maken van de mogelijkheden voor her-, bij- en omscholing bij de SAO.