Meer dan helft (58.2%) van de mensen die de afgelopen periode hun bloeddruk hebben laten meten, hebben een bloeddruk hoger dan 140/90 (blauw). Van de groep die terug moest om hun bloeddruk te laten meten, zijn 62.6% geweest (groen).
Hiervan hadden maar 25.2% nog een bloeddruk die hoger was dan 140/90 (rood). Het ministerie van Volksgezondheid wil de samenleving informeren omtrent het cardiovasculair risico (CVR), welke het risico is om binnen 10 jaren een complicatie op te lopen of sterfte t.g.v. hart- en vaatziekten. Een voorbeeld indien het CVR = 5% is, betekent dat indien er 100 personen zijn met hetzelfde CVR, dat daaruit 5 personen binnen 10 jaren een complicatie gaan meemaken of overlijden t.g.v. hart- en vaatziekten.
Een van de doelen van het SHI is om het CVR van de patiënten te verlagen, door tijdig interventies te plegen die de risicofactoren kunnen beïnvloeden. Deze risicofactoren zijn o.a. ongezonde voeding (cholesterol, zout), weinig tot geen lichamelijke activiteit, ongezond lichaamsgewicht, hoge bloeddruk, suikerziekte, maar allerbelangrijkste is roken. Uit de calculators (https://www.paho.org/cardioapp/web/#/cvrisk) die gebruikt worden om het CVR te berekenen bij SHI, is gebleken dat roken het CVR bijna verdubbeld.
Een voorbeeld:
Persoon A, een 50-jarige man, een roker, met een hoog cholesterolgehalte, zonder enige andere ziekte, heeft een CVR = 8%
Persoon B, een 50-jarige man, geen roker, met een hoog cholesterolgehalte, zonder enige andere ziekte, heeft een CVR = 5%
Het is van belang om het risico te verlagen, door een gezonde leefstijl op na te houden. Wat zeker ook bijdraagt om het cardiovasculair risico te verlagenen op langere termijn besparing kan opleveren binnen de zorg. Alle personen met een risico van minder dan 5% worden geadviseerd om eens in de 5 jaren het lipidenprofiel te bepalen i.p.v. vaker.
Personen met een risico tussen 5% en 10% kunnen elke 2-3 jaren het lipidenprofiel laten bepalen en personen met suikerziekte of een CVR groter dan 10% laten het jaarlijks bepalen. In de praktijk wordt gezien dat zowel patiënten als huisartsen hiervan afwijken en zonder bepaling van het cardiovasculair risico jaarlijks of in sommige gevallen elke 6 maanden