De voorzitter van De Nationale Assemblée (DNA), Michael A. Adhin, benadrukt dat financiële inclusie een nationale opdracht is die direct bijdraagt aan duurzame groei, rechtvaardigheid en zelfredzaamheid. Hij sprak hierover bij de opening van de NFIES Workshop & Symposium, georganiseerd door de Centrale Bank van Suriname (CBvS) in samenwerking met de Alliance for Financial Inclusion (AFI).
Volgens Adhin is inclusie in de financiële sector “de sleutel tot duurzame groei en nationale welvaart”. Dat overheid, financiële instellingen en maatschappelijke organisaties samen optrekken rond dit thema, ziet hij als een belangrijk signaal dat gezamenlijk gewerkt wordt aan een meer rechtvaardige economie.
Uit de nationale nulmeting Financiële Inclusie & Educatie van 2023 blijkt dat 72 procent van de bevolking toegang heeft tot formele financiële diensten. “Dat betekent dat 28 procent – meer dan een kwart van onze burgers – nog buiten het systeem staat, vooral vrouwen, jongeren en kleine ondernemers,” zei de parlementsvoorzitter. “Voor hen is financiële uitsluiting een kwestie van kansen, zekerheid en waardigheid.”
Nationale strategie met concrete doelstellingen
Adhin onderstreepte dat de Nationale Financiële Inclusie– en Educatiestrategie (NFIES) 2024–2027 een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van alle betrokken partijen. “Deze strategie is niet slechts een beleidsdocument, maar een route naar een economie waarin elke burger kan deelnemen,” stelde hij. Financiële inclusie helpt volgens hem om armoede structureel terug te dringen, ondernemerschap te stimuleren en de informele economie te verkleinen.
De NFIES rust op vijf hoofddoelen richting 2027, die worden gevolgd aan de hand van duidelijke prestatie-indicatoren. Een aantal daarvan noemde Adhin expliciet:
– het bezit van een bankrekening moet stijgen van 66 naar 74 procent;
– het gebruik van digitale betalingsmiddelen moet groeien van 21 naar 30 procent;
– de financiële geletterdheid moet toenemen van 60 naar 70 procent.
“Deze cijfers zijn maatstaven van vooruitgang, meetbaar in de levens van mensen,” aldus de DNA-voorzitter.
Rol van het parlement
Adhin ging ook in op de rol van De Nationale Assemblée bij het scheppen van een passend juridisch kader. Daarbij noemde hij onder meer de voorgenomen Wet Financiële Inclusie – inclusief de basisbankrekening – de Wet Nationaal Betalingssysteem en regelgeving voor elektronische betaaldiensten en consumentenbescherming.
Tegelijkertijd moet inclusie gepaard gaan met transparantie en integriteit, stelde hij. Het parlement zal volgens hem toezien op naleving van de AML/CFT-regels (anti-witwas- en terrorismefinancieringswetgeving) en de versterking van KYC-procedures (ken-uw-klant), “zodat inclusie hand in hand gaat met vertrouwen”.
Digitalisering als hefboom
De parlementsvoorzitter wees verder op het belang van innovatie en digitalisering binnen het financieel stelsel. De in de NFIES genoemde innovaties moeten de veerkracht van het systeem versterken en Suriname dichter brengen bij een moderne, veilige en digitale economie. “Digitale toegang is de nieuwe vorm van gelijkheid,” merkte hij op.
‘Achter elk percentage schuilt een verhaal’
Adhin benadrukte dat partnerschap de kern vormt van het succes van de NFIES. De NFIES-Commissie, het secretariaat en nationale werkgroepen brengen overheid, Centrale Bank, private sector en maatschappelijke organisaties bij elkaar in één governance-model. “Laten wij gezamenlijk toezien dat deze samenwerking zich vertaalt in tastbare resultaten voor burgers – vertaald in vertrouwen, in kansen.”
Tot besluit vroeg hij aandacht voor de menselijke kant achter de cijfers. “Achter elk percentage schuilt een verhaal. Een moeder in Apoera die haar spaargeld veilig wil stellen. Een jonge ondernemer in Moengo die digitaal wil verkopen. Een gepensioneerde in Lelydorp die zekerheid zoekt over zijn inkomsten. Voor hen voeren wij deze strategie uit. Voor hen bouwen wij aan een financieel systeem dat rechtvaardig, veilig en inclusief is,” aldus Adhin.








