“U gaat niet met een tjeh-potie-mentaliteit de criminaliteit kunnen aanpakken. U gaat uw mannetje moeten kunnen staan”, zei ABOP-voorzitter Ronnie Brunswijk tegen minister Haris Monorath van Justitie en Politie.
Brunswijk zei dat het ministerie van Justitie en Politie geen gemakkelijke ministerie is om te draaien. Het is een ministerie dat voor orde en rust moet zorgen in de samenleving, dus het moet op een kundige wijze gedraaid worden. Hij hoopt dat Monorath een goede job kan doen op het ministerie. “Ik heb heel nauw met hem gewerkt en ik weet wat hij kan.” Hij heeft hem lang geobserveerd en vindt hem deskundig genoeg om het ministerie te draaien.
Brunswijk vroeg de minister om op zijn hoede te zijn, want het ministerie is een heel complexe ministerie. Hij gaat hard moeten optreden tegen de criminaliteit, die nu hoogtij viert. “Wanneer het gaat om criminaliteit, dan moet er hard opgetreden worden, maar natuurlijk binnen de perken van de wet. Het land moet niet een Wild West worden.” Brunswijk haalde aan dat communicatie heel belangrijk zal zijn en moedigte hem aan om dit dagelijks te doen.
Monorath zei dat de samenleving een no-nonsensebeleid mag verwachten van hem op het gebied van criminaliteitsbestrijding. “Onze veiligheidsstrategie zal duidelijk en doelgericht zijn. Zero tolerance – criminaliteit krijgt geen ruimte.” Overlast en wetteloosheid zullen niet getolereerd worden en dit beleid zal uitgevoerd worden met zorgvuldigheid en transparantie. “We moeten gaan werken aan het herstellen van het vertrouwen tussen de burgers en de politie.” Volgens hem moet veiligheid niet alleen een gevoel zijn, maar een werkelijkheid die de burger dagelijks ervaart.
Voor de rovers in het land heeft hij een duidelijke boodschap: “Blijf rustig.” Hij vindt het onacceptabel dat er ingebroken wordt, mensen op een brute wijze mishandeld worden, goederen gestolen worden en dat vervolgens de criminelen voortvluchtig blijven. “Dit zal niet meer gebeuren. Stop ermee, test me niet”, zei de nieuwe minister vastberaden.