Er is op woensdag 10 november overleg geweest tussen Cees Ullersma en president Chandrikapersad Santokhi. Ullersma, die is aangesteld als secretaris van de Nederlandsche Bank (DNB), de centrale bank van Nederland, zal de Centrale Bank van Suriname (CBvS) versterken. De ondersteuning zal vooral inhouden het bestuur van de CBvS krachtiger te maken. Dat meldt de Communicatie Dienst Suriname in een perscommuniqé.
Voor het versterken van het bestuur van de CBvS is cruciaal dat er een nieuwe Bankwet komt. De Bankwet is het fundament voor het functioneren van de CBvS. Inmiddels is er een concept opgesteld, dat voorziet in het bestuur door een raad van bestuur met de governor als voorzitter in plaats van bestuur door uitsluitend de governor, een sterkere gepositioneerde raad van commissarissen (rvc) en betere waarborgen voor financiële soliditeit en risicobeheersing. Het is van groot belang dat de CBvS volgens de nieuwe Bankwet onafhankelijk van de politiek zal opereren.
Aanpassen beleid
Ook het aanpassen van het monetair beleid is onderdeel van de samenwerking. Er zijn enkele projecten die te maken hebben met het houden van toezicht op de soliditeit van financiële instellingen alsook een integriteitstoezicht dat zich zal richten op het tegengaan van witwassen van gelden.
Bijdragen aan de samenleving
Door de samenwerking met DNB kan de CBvS beter bijdragen aan een Surinaamse samenleving met lage inflatie, duurzame groei en een stabiele financiële sector. Wegens het belang van een krachtige centrale bank heeft het Internationaal Monetair Fonds (IMF) ook voorwaarden gesteld aan de CBvS in het kader van het IMF-programma voor Suriname. Inmiddels is voldaan aan deze zogenoemde prior actions. Gedurende het programma zullen andere versterkingen voor de CBvS moeten worden doorgevoerd, zoals de introductie van de nieuwe Bankwet.
Behalve het versterken en ondersteunen van de CBvS zal Ullersma zich ook op andere gebieden richten, waar beide banken aan samenwerken. Daar zijn medewerkers van DNB bij betrokken, maar ook externen die gefinancierd worden uit het Makandrafonds van de Nederlandse overheid.