“We staan altijd open voor dialoog, dus we zullen altijd willen praten.” Dat zegt de minister van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking, Albert Ramdin over de bond van de brandweer die slechts met de cluster minister aan tafel wil gaan en niet meer met de minister van Justitie en Politie, Kenneth Amoksi.
Ramdin zegt dat er altijd ruimte is voor dialoog en geen voorstander is van conflicten. Hij gaf aan niet op de hoogte te zijn van de eis van de brandweerbond, maar kijkt uit naar een uitnodiging voor een gesprek. Het personeelsbond van de brandweer is al enige tijd in ‘vergadering’. Dat wil zeggen dat ze minimale dienstverlening bieden en alleen uitrukken voor woningbrand en technische assistentie.
De bond heeft duidelijk aangegeven dat de rek voor hun eruit is en dat de veiligheid van de manschappen niet meer op het spel gezet kan worden. Niet alle brandweerlieden beschikken over goede schoeisel die hard nodig zijn om hun werk naar behoren te doen. “Iemand is zelf met een rubberen laars gekomen om zijn werk te doen, omdat zijn schoenen helemaal uit elkaar zijn gevallen”, gaf een van de brandweerlieden aan. De brandweerbond heeft sinds vorig jaar enkele keren aan de bel getrokken vanwege ontevredenheid over zaken als kleding en een betere waardering.
De leveranciers worden volgens de voorzitter van de brandweer bond, Wendel Oosterwolde bij mondjesmaat betaald, dat wil dan ook zeggen dat er producten en diensten bij ‘mondjesmaat’ worden aangeleverd, wat dus niet bevorderlijk is voor de dienst, merkte Oosterwolde toen op. Behalve niet te beschikken over de nodige zaken om hun werk veilig en naar behoren uit te voeren, is de brandstof limiet die is vastgesteld ook een grote belemmering voor de brandweer. Sinds augustus is er een brandstof limiet ingesteld voor de verschillende diensten. Zowel de politie als de brandweer kunnen niet meer dan 1000 liter per dag tanken.
De voorzitter geeft verder aan dat de luchthaven ook niet goed kan functioneren als de brandweer niet werkt. Hij stelt dat er slechts wordt uitgerukt voor brand en technische hulpverlening. Oosterwolde benadrukt dat het lastig is dat bij het denken aan veiligheid het er op lijkt alsof de brandweer niet wordt geteld. “Zo zie je dat de regering het niet zo nauw neemt met de brandveiligheid in het land, want men denkt dat alleen veiligheid bestaat uit troepen van het leger en de politie of andere gewapende machten.” Hij benadrukt dat brandveiligheid even belangrijk is.