Er zal een delegatie van UNESCO afreizen naar Suriname, dat verklapt de minister van Openbare Werken, Riad Nurmohamed, maandag tijdens een persmoment op zijn ministerie. De afgelopen dagen hebben zowel de minister van OW als collega-minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, Henri Ori flink kritiek moeten incasseren over de bouw van de nieuwe vergaderzaal van de Nationale Assemblee.
Nurmohamed is tijdens het persmoment ingegaan op de onduidelijkheden rondom de bouw van het nieuwe vergadercomplex. Nurmohamed geeft aan dat in commissie verband met onder andere de president is besloten om de bouwwerkzaamheden rondom de nieuwe vergaderzaal voorlopig stop te zetten. “Er is een paar enkele dagen geleden inderdaad een brief uit gegaan om de bouw per 1 november stop te zetten”, zegt Nurmohamed. Het meteen stoppen van de werkzaamheden is voor volgens de OW-minister niet ideaal. “Je kan meteen stoppen, maar het kan consequenties hebben en dat willen we niet.” Het is volgens de bewindsman binnen de bouw gangbaar om de werkzaamheden af te bouwen. “In onze brief staat aangegeven naar de aannemer dat hij per 1 november moet proberen af te ronden.”
De reden voor het stoppen van de werkzaamheden is, zodat de twee ministeries een dossier met de nodige kritieken samenstellen en onderzoeken als de werkzaamheden aangepast moeten worden of niet. Het dossier is inmiddels af met alle nodige bevindingen en kritieken. Deze zal gedeeld worden met de minister van Onderwijs en Cultuur, die de werelderfgoedsites onder haar beheer heeft. Nurmohamed verklapt dat er in het dossier 2 besluiten zijn genomen, een daarvan is dat het technisch team van de UNESCO naar Suriname komt. En als tweede dat samen met het team en architect gekeken gaat worden naar een oplossing binnen de beperkingen en cultuur van Suriname.
Niet zo makkelijk af van Werelderfgoedlijst
Het is volgens Nurmohamed niet zo makkelijk om van de Werelderfgoedlijst geschrapt te worden, Suriname en ook andere landen kampen met dreigementen van zaken die opgepakt moeten worden. “In 2014 was de situatie ernstig met onze monumentale panden en heeft UNESCO aan de bel toen getrokken. De regering krijgt altijd de gelegenheid om aan te geven wat er aan de hand is”, zegt Nurmohamed. Op de UNESCO website staan de bedreigingen aangegeven, een daarvan is de wetgeving. Er staan volgens de OW-minister bedreigingen voor Suriname sinds 2014 tot nu toe op de website van UNESCO.
Tijdens de laatst gehouden UNESCO-meeting waar Suriname haar derde heritagesite goedgekeurd kreeg, is ook aanbevolen door de UNESCO om de aanbouw van de vergaderzaal te herzien en rekening te houden met richtlijnen. UNESCO geeft in haar rapporten aan dat de nieuwe vergaderzaal “een negatief en onomkeerbaar effect zou hebben op de Uitstaande Universele Waarde (OUV)” en wordt aanbevolen andere mogelijkheden te bekijken. Suriname heeft al sinds 2002 een wet Monumentenzorg waar duidelijk is aangegeven hoe de renovatie en bouw van monumentale panden moet geschieden.
Volgens Nurmohamed is bij het ontwerp van de nieuwe vergaderzaal wel rekening gehouden, echter laten de richtlijnen ruimte voor flexibiliteit en dat is volgens hem een issue nu met UNESCO. “De richtlijnen moeten voor een groot deel opgevolgd worden, maar er is ook een zekere mate van flexibiliteit en dat is het issue, er zijn zeker 5 tot 7 eisen die gesteld worden, maar daar is er ook ruimte voor flexibiliteit. Sommige eisen worden hard gesteld, anderen weer niet. Als we naar onze binnenstad kijken zien we dat er heel wat gebouw hersteld zijn geworden op een ander manier, maar het valt wel binnen het pakket van eisen.”
Een goed voorbeeld van een modern gebouw in de historische binnenstad van Paramaribo, is de bouw van het gerechtsgebouw aan de Grote Combeweg. Het gebouw past niet helemaal in het plaatje van de historische binnenstad die voornamelijk uit houten gebouwen bestaat. Dit is volgens Nurmohamed een goed voorbeeld. “Er is toen gebruikgemaakt van ander soort materiaal en een van de eisen is dat het niet mag, maar je moet het wel kunnen verantwoorden en dat is wat ik bedoel.” Dit is ook het geval bij de bouw van de nieuwe vergaderzaal. “We hebben lokale regelgeving, maar hebben ook regelgeving van de UNESCO en dat is internationaal, maar wat bij ander land past, hoeft niet zozeer bij Suriname cultuurwijs te passen”, aldus Nurmohamed.
Aanbesteding
Behalve kritieken over de bouw en stijl, die mogelijk niet helemaal in lijn zijn met onze Monumentenwet, is er ook kritiek geleverd over hoe de aanbesteding voor de bouw van het nieuwe vergadercomplex tot stand is gekomen. Zo heeft de aannemersvereniging in een brief naar de minister van Openbare Werken kenbaar gemaakt dat zij de bouw van de zaal willen stopzetten, dit omdat volgens de vereniging niet is gewerkt volgens de formele aannemings- en gunningsprocedure van de overheid.
Het Consortium van Bouwbedrijf Dundas en Alginco NV was tijdens het indienen van hun aanbesteding de laagste inschrijver voor USD 4.999.939 en zou hebben voldaan aan alle eisen om mee te kunnen doen. Vanuit het ministerie kregen de bedrijven de toezegging dat zij de opdracht zouden krijgen, echter kregen zij de dag daarop een brief dat zij niet geselecteerd zijn. Zowel het bouwbedrijf als de vereniging hebben opheldering gevraagd. De aannemersvereniging is van mening dat, bouwbedrijf Dundas in deze is geschaad in zijn reputatie. De vereniging roept het ministerie op om conform de aanbestedingsregels de gunningen uit te reiken.
Uiteindelijk zou een ander aannemingsbedrijf, Bouwvast Janki, de gunning hebben gekregen voor ongeveer USD 6.000.000, dit is ver boven het ingeschreven bedrag van Dundas. DNA-lid Rabin Parmessar heeft in een brief naar de voorzitter van de DNA, Marinus Bee, aangegeven te protesteren tegen de gunning en de wijze hoe de gunning is verlopen en heeft toen gevraagd voor opheldering. Intussen is Dundas een kortgeding zaak begonnen tegen de regering, omdat die van mening is dat zijn bedrijf in eer is geschaad middels dit besluit.
Vanuit de oppositie van DNA is aangegeven dat er veel onduidelijkheid is rondom de aanbesteding, Nurmohamed is van mening dat de oppositie selectief informatie tot zich toeneemt omdat de aanbestedingen openbaar gebeuren. “Alle aanbestedingen zijn openbaar, als je niet wilt luisteren of komen is het jouw verantwoordelijkheid en moet men dat ook aan de media zeggen. Als je geen informatie opvraagt bij de minister van OW, dan is dat jouw keuze”, maakt Nurmohamed duidelijk. “Als men show wil maken, dat mag men show maken. Alles is tot nu toe transparant.”
Geen blacklist voor aannemers
Ook over de keus van aannemers in deze is er kritiek geuit. Bouwvast Janki, zou als aannemer zijn aangetrokken bij de bouw van het hoofdbureau van KPS aan de Gemenelandsweg. Het gebouw werd uiteindelijk afgekeurd na jaren stil te hebben gezeten en wordt nu gesloopt. Ook toen was er een issue met de aannemer die is betaald, maar het werk niet kon opleveren. Volgens Nurmohamed wordt er wel gekeken naar eerdere ervaringen, echter ontbreekt het van informatie in een goed opgebouwd dossier. “De dossieropslag is op papier niet goed bijgehouden, in mijn periode houd ik wel bij, maar wie nieuw is is nieuw. We hebben ook geen wetgeving die zegt wie je op de blacklist kan zetten. Je kan het wel eisen als minister, maar je kan wel uitzonderingen opnemen. We hebben tot nu toe een open policy en laten iedereen toe”, merkt Nurmohamed op.