De Nederlandse koningin Wilhelmina deed tijdens de Tweede Wereldoorlog vanuit Londen een oproep aan landgenoten om zich aan te sluiten bij de strijdkrachten die vanuit Engeland opereerden.
Ook in Suriname, toen nog onderdeel van het koninkrijk, werden pamfletten verspreid om jonge mannen te werven. De boodschap was eenvoudig maar krachtig: “Teken voor Canada en zie de wereld.” Zo meldden zich 500 mannen aan.
“Iedereen die les krijgt over de Tweede Wereldoorlog moet dit zien.” — Safi Graauw
Volgende maand worden in Nederland de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog herdacht en wordt tachtig jaar vrijheid gevierd. Regisseur Safi Graauw hoopt dat er dit jaar ook aandacht komt voor de vaak vergeten, bijdrage van Suriname en Curaçao in de strijd tegen nazi-Duitsland. Over dit onderbelichte hoofdstuk maakte hij de korte film Teken en zie de wereld, die afgelopen weekend in Nederland in de prijzen viel.
De film vertelt het verhaal van drie Surinaamse soldaten die vochten in de Prinses Irene Brigade, het Nederlandse legeronderdeel dat samen met de geallieerden streed tegen het Derde Rijk. De film ging op 4 april in première tijdens het Go Short International Film Festival in Nijmegen en won zowel de publieksprijs als de prijs van de jonge jury.
Volgens Graauw laat de film een beeld zien dat bij velen onbekend is: de oranje-gezindheid van de voormalige koloniën. “De film geeft een nieuwe definitie aan onze gedeelde geschiedenis en het Nederlanderschap”, zegt hij.
“Wij zochten avontuur, voor vrijheid des Vaderlands”. — Guillaume Kranenburg
Eindelijk erkenning voor Surinaamse oorlogsveteranen
In de documentaire klinkt de stem van oud-parachutist Guillaume Kranenburg: “Wij zochten avontuur, voor vrijheid des Vaderlands.” Samen met Willy Wooter en Harry Davis wist hij via Canada Engeland te bereiken, waar ze zich aansloten bij de Prinses Irene Brigade. In 1944 werden zij ingezet bij de Slag om Normandië.
“Ze noemden zichzelf de ‘lucky ones’, omdat zij onschuldige burgers mochten verdedigen,” vertelt Graauw. Alle drie overleefden de oorlog, maar kregen nooit erkenning van de Nederlandse staat.
De inspiratie voor de film kwam van Naomi Wills, een achternicht van Kranenburg. In 2020 stuitte zij op een artikel in de Provinciale Zeeuwse Courant met de titel: “Nkkertjes uit Suriname na WOII afgedankt”. Geschokt vroeg ze haar moeder waarom haar oudoom in de krant stond. Toen ze het verhaal hoorde, besloot ze dat de wereld dit moest weten. Samen met Graauw deed ze onderzoek naar zwarte soldaten uit de koloniën. Ze kwamen terecht bij schrijver Jules Rijssen, die in 2012 een boek schreef over Surinaamse oorlogsveteranen.
“Hij was zo blij dat we de film maakten”, zegt Graauw. “Hij had geprobeerd dit verhaal te vertellen, maar kreeg toen geen gehoor”.
Tijdens de première zat de familie van Kranenburg in de zaal. “Toen ik zijn zoon geëmotioneerd zag na afloop, wist ik hoe belangrijk het was dat dit verhaal werd verteld”, aldus de regisseur.
Volgens Graauw is de rol van zwarte soldaten en de voormalige koloniën ondergewaardeerd in de Nederlandse geschiedschrijving. Toch was hun bijdrage essentieel. Zo kwam ongeveer 60 procent van het bauxiet voor geallieerde vliegtuigen uit Suriname, en 50 procent van de olie voor de Britse luchtmacht uit Aruba en Curaçao.
In totaal vochten meer dan 600.000 zwarte soldaten uit de Caribische en Afrikaanse koloniën mee in de oorlog, en dienden 1,2 miljoen zwarte soldaten in het gesegregeerde Amerikaanse leger.
De film Teken en zie de wereld is voorlopig alleen te zien op filmfestivals, maar Graauw hoopt dat hij later ook op scholen vertoond wordt. “Iedereen die les krijgt over de Tweede Wereldoorlog moet dit zien”, herhaalt hij.
Bron: NOS Nieuws