De inheemse marron gemeenschappen verzetten zich fel tegen het voornemen van de regering en de parlementaire coalitie om hun lang verwachte collectieve grondenrechten af te doen met slechts een raamwet.
Edgar Dikan heeft als ex-minister van Regionale Ontwikkeling (2015-2020) aan de wieg gestaan van het breed door het binnenland gedragen ontwerp Wet Collectieve Rechten Inheemse en Tribale Volken. Hij heeft begrip voor de wrange gevoelens bij de belanghebbenden.
“De mensen zijn terecht teleurgesteld en boos, want deze raamwet is een dode mus”, aldus Dikan in een gesprek met Key News Suriname. Als de regering de weg van een raamwet kiest in plaats van de ‘echte wet’, dan betekent het volgens de politicus dat beleidsmakers naar eigen inzicht regels kunnen wijzigen of uitstellen en dat de regering de touwtjes strak in handen houdt, zonder echte erkenning van de collectieve rechten. Hij zegt dat een Raamwet slechts een algemeen kader schetst, zonder echte rechten of garanties.
Misnoegen in het binnenland
De afgelopen dagen hebben verschillende prominente traditioneel gezagsdragers van de inheemse marrongemeenschappen hun ongenoegen geuit bij Dikan. Zij constateren dat de regering hun rechten niet serieus neemt. Gedurende deze regeerperiode heeft de DNA geen woord gerept over het kant-en-klare wetsontwerp dat al was aangeboden. Dit ontwerp geniet brede steun van alle Inheemse en Marron stammen.
Volgens Dikan ligt de terughoudendheid van de regering bij dit wetsontwerp in de manier waarop de collectieve rechten van Inheemsen en Marrons zijn verwerkt.
Het wetsvoorstel kwam tot stand na intensieve consultaties met actieve participatie van belangengroepen en traditionele leiders van beide gemeenschappen. Toch blijft de regering telkenmale andere wetsvoorstellen presenteren die niet aansluiten bij de authentieke rechten van de oorspronkelijke bewoners. Deze werkwijze staat haaks op diverse internationale uitspraken waarin Suriname is veroordeeld om de wettelijke erkenning van deze rechten te realiseren. Daarnaast is de staat verplicht deze rechten te erkennen op basis van het internationaal recht.
VIDS: “Een 180 graden ommekeer”
De Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (VIDS) heeft in een verklaring met grote ontstemming gereageerd op de Nota van Wijziging op de ontwerpwet over de collectieve rechten van Inheemse en Tribale volken. Dit wetsvoorstel, in 2021 ingediend door president Santokhi, wijkt volgens de VIDS volledig af van eerdere toezeggingen van deze regering om de collectieve rechten van Inheemse en tribale volken te erkennen.
De VIDS roept de DNA op om haar rol als wetgevend orgaan serieus te nemen en te handelen conform de juridische verplichtingen van de staat en internationale standaarden. Volgens hen mag de DNA niet slechts functioneren als verlengstuk van politieke partijen en de regering die dit nieuwe wetsvoorstel hebben ingediend.
Inmiddels is de geplande DNA-vergadering van vrijdagochtend uitgesteld wegens een gebrek aan quorum. Dikan spreekt de hoop uit dat dit uitstel betekent dat men tot inkeer komt.
Granman Bono Velantie: “Genoeg is genoeg
Graman Bono Velantie van de Ndyuka Marrons protesteerde vorig jaar al tegen de voortdurende miskenning van de binnenlandse gemeenschap door de regering. Tijdens de viering van de Dag der Marrons op 10 oktober verklaarde hij: “Wij, het Okanisi-volk, laten ons niet langer misleiden door de voortdurende vertragingen, het gebrek aan respect van de Surinaamse regering met betrekking tot de erkenning van onze grondenrechten. Al eeuwenlang leven wij op het land van onze voorouders, gronden die door hun bloed, zweet en offers zijn bevochten en beschermd. Deze gronden zijn meer dan enkel stukken aarde; ze vormen de ziel van ons volk, de bron van onze cultuur, onze identiteit en ons bestaan”.
“Geen gunst, maar een recht”
Dikan sluit zich volledig aan bij de stellingnames van de Inheemse en Marron gemeenschappen. Hij benadrukt dat de wettelijke erkenning van grondenrechten geen gunst is, maar een formele bevestiging van bestaand recht. Voor de Inheemse bevolking gaat hij zelfs verder: hun authentieke rechten en gronden zijn hen ontnomen, en wettelijke erkenning is slechts een eerste stap in het proces van herstel.
Als politicus zet Dikan zich al geruime tijd in om het publiek via zijn sociale mediakanalen te informeren over het wetsontwerp Wet Collectieve Rechten Inheemse en Tribale Volken. Hij betreurt het dat de regering sinds haar aantreden de samenleving misleidt door te doen alsof zij respect heeft voor grondenrechten, terwijl zij feitelijk allerlei constructies bedenkt om de belangen van zichzelf en hun politieke bondgenoten veilig te stellen.
In een serie spraakberichten in de Ndyuka-taal richt Dikan zich ook tot de binnenlandse bewoners. Hij roept hen op om waakzaam te blijven en zich niet te laten misleiden door de regering en coalitieparlementariërs.