Het Israëlisch leger is begonnen met een grondoffensief in het zuiden van Libanon, waarbij het naar eigen zeggen doelen van Hezbollah aanvalt. Ondertussen blijft Israël ook strijden tegen Hamas en worden terreurleiders één voor één uitgeschakeld. De spanningen in de regio lopen verder op, na een nieuwe aanval vanuit Iran.
Dinsdagavond werd Israël opnieuw geraakt door een aanval met naar verluidt 180 raketten, waarvan een deel ook vanuit Libanon werd afgevuurd. Iran heeft bevestigd achter de aanval te zitten, als vergelding voor de dood van Hezbollah-leider Hassan Nasrallah, die vrijdag omkwam bij een Israëlisch bombardement in Beiroet.
In Tel Aviv kwamen enkele raketten neer, waarbij twee mensen gewond raakten. In Jericho zou een Palestijn zijn omgekomen. Ondanks het succes van het Israëlische luchtverdedigingssysteem, dat veel projectielen wist te onderscheppen, blijft de dreiging groot. Volgens legerwoordvoerder Daniel Hagari was er sprake van nauwe samenwerking tussen de Israëlische en Amerikaanse luchtverdedigingssystemen bij het detecteren en onderscheppen van de raketten.
De aanval vanuit Iran heeft geleid tot een strenge waarschuwing van Hagari: “Deze aanval zal niet zonder gevolgen blijven. We hebben plannen en zullen toeslaan op een door ons gekozen moment.” Het Israëlisch leger heeft intussen het alarm opgeheven en burgers mogen zich weer vrij bewegen. Er wordt wel geadviseerd om waakzaam te blijven en de berichtgeving van het commandocentrum te volgen.
Ondertussen keren orthodoxe Joden voorzichtig terug naar de Klaagmuur in Jeruzalem om te bidden, waar eerder op de avond nog raketten door de lucht vlogen. Het lijkt voor nu veilig, maar de situatie blijft gespannen.