President Jennifer Simons heeft zojuist in haar eerste jaarrede in De Nationale Assemblée een uitgebreid beeld geschetst van de staat van het land en de beleidsrichting voor 2026.
De toespraak markeerde niet alleen de presentatie van de ontwerp-begroting, maar ook de ambitie van de regering om Suriname te leiden naar herstel, eenheid en duurzame ontwikkeling.
Simons herinnerde eraan dat Suriname op 16 juli 2025 een nieuwe regering kreeg na een zware verkiezingsstrijd. Zij benadrukte dat de brede coalitie een gezamenlijke verantwoordelijkheid draagt om conflicten te overbruggen en samen te werken aan de toekomst.
Natievorming werd door haar genoemd als het overkoepelend doel. “Wij Surinamers moeten blijvend smeden aan een in solidariteit verbonden gemeenschap,” zei Simons. Ze kondigde aan dat er vanaf augustus 2026 jaarlijks een Heritage Month wordt georganiseerd, waarin de gezamenlijke geschiedenis, verbondenheid en culturele diversiteit herdacht en gevierd zullen worden.
Economische uitdagingen en hervormingen
De president schetste een moeilijke economische situatie: het primair saldo daalde in 2025 naar -7,8% van het BBP, terwijl inflatie en schulden zwaar drukken. De regering kiest voor realistische bezuinigingen, verhoging van staatsinkomsten en stabilisatie van de wisselkoers.
Voor de korte termijn worden maatregelen genomen om de koopkracht te beschermen, zoals belastingverlaging op overwerk en bonussen, en prijsbeheersing van basisgoederen. Voor de langere termijn ligt de nadruk op economische diversificatie via landbouw, toerisme, bouw en huisvesting.
Daarnaast wordt gewerkt aan hervorming van de belastingdienst en strikte aanpak van belastingontduiking. Een tijdelijke saneringsregeling moet achterstallige belastingbetalingen zonder boetes mogelijk maken.
Buitenlands beleid en internationale positie
Op het gebied van diplomatie kiest de regering voor een actieve en assertieve koers. Suriname zal zich sterker profileren binnen de VN, CARICOM en de OAS, met focus op klimaat, voedselzekerheid en regionale samenwerking.
Ook het PSA-beleid (Personen van Surinaamse Afkomst) krijgt een wettelijke basis om de band met de diaspora te versterken. Tegelijkertijd benadrukte Simons dat Suriname soevereiniteit en integriteit onvermoeibaar zal verdedigen.
Nationale veiligheid en rechtstaat
De president kondigde een reeks maatregelen aan voor versterking van justitie en veiligheid:
- Modernisering van rechtbanken en het Openbaar Ministerie.
- Hervorming van het kiesstelsel en versnelling van decentralisatie.
- Investeringen in politiecapaciteit, digitale opsporing en gespecialiseerde recherche.
- Aanpak van drugscriminaliteit, cybercrime, corruptie en grensveiligheid.
Ook benadrukte ze sociale preventie via sport- en jeugdprogramma’s en humane detentie met aandacht voor re-integratie.
Gezondheid en sociale zorg
Gezondheid is volgens Simons een basisrecht. De regering legt nadruk op preventie, versterking van het Staatsziekenfonds (SZF) en betere toegang tot medicijnen.
Belangrijke speerpunten:
- Hervorming van zorgfinanciering en transparantie bij het SZF.
- Sterkere rol van het Bureau voor Openbare Gezondheidszorg (BOG).
- Investeringen in geestelijke gezondheid en aanpak van hoge moeder- en kindersterfte.
- Operationalisering van ziekenhuizen in Albina, Wanica en Atjoni.
- Behoud en regulering van traditionele geneeskunde binnen het zorgsysteem.
Onderwijs en jongerenbeleid
Onderwijs werd genoemd als sleutel tot vooruitgang. Het schooljaar moet voortaan ordelijk starten op 1 oktober. In 2026 volgt een nationale onderwijsconferentie voor een nieuw onderwijssysteem en financieringsmodellen.
Het nationaal schoolvoedingsprogramma wordt structureel gemaakt om honger bij kinderen tegen te gaan. Daarnaast komt er meer aandacht voor technisch- en beroepsonderwijs, met nadruk op de olie- en gassector, landbouw, ICT en gezondheidszorg.
Leerkrachten krijgen een meerjarig beloningskader, nascholing en werkdrukverlichting, met extra aandacht voor het binnenland.
Olie, gas en natuurlijke rijkdommen
De regering wil dat de bevolking direct profiteert van de olie- en gasontwikkelingen. Hiervoor start in 2026 een Nationaal Local Content Programma voor training, certificering en verplichte participatie van Surinaamse bedrijven en werknemers.
Gas-to-shore projecten moeten zorgen voor goedkope stroom en industriële ontwikkeling. Tegelijkertijd wordt duurzame mijnbouw nagestreefd: geen export van ruwe bauxiet, maar lokale verwerking.
Bossen en biodiversiteit blijven strategische troeven. Carbon credits worden ontwikkeld als langetermijnbron van inkomsten. Collectieve grondenrechten voor inheemse en tribale gemeenschappen worden zonder uitstel aangepakt.
Toerisme en infrastructuur
Toerisme krijgt een centrale plaats in de economische diversificatie. De Suriname Toerisme Autoriteit (STA) wordt volledig operationeel, met structurele financiering via een toeristenbelasting.
De regering mikt op een stijging van de toeristische bijdrage aan het BBP van 6,8% naar 10%. De nieuwe Heritage Month moet hierin een belangrijke rol spelen.
Daarnaast kondigde de president investeringen aan in luchtvaartveiligheid, regionale infrastructuur en duurzame wegenbouw. Public-private partnerships zullen hierbij een grotere rol krijgen.
Modernisering van het bestuur en corruptiebestrijding
Digitalisering van de overheid is volgens Simons essentieel om burgers sneller en transparanter te bedienen. Er komen digitale transparantieportalen, betere toegang tot informatie en wettelijke bescherming voor klokkenluiders. De Anti-Corruptiewet wordt geëvalueerd en de anti-corruptiecommissie versterkt. Ook wordt de oprichting van een nationaal ombudsbureau voorbereid.
Begroting 2026
De ontwerp-begroting voor 2026 bevat geraamde inkomsten van SRD 50,6 miljard en uitgaven van SRD 61,1 miljard. Dit resulteert in een tekort van SRD 6,3 miljard, gelijk aan 3,5% van het BBP.
Belastinginkomsten (direct en indirect) vormen de grootste bron, aangevuld met donormiddelen en leningen. Operationele uitgaven bedragen SRD 20,2 miljard, terwijl programma’s en projecten SRD 40,8 miljard beslaan.
Slotboodschap
President Simons sloot haar toespraak af met een oproep tot gezamenlijke verantwoordelijkheid: “Ons volk zal ons nauwkeurig en kritisch blijven observeren. Wij moeten daarom heel Suriname de gelegenheid bieden en hun uitleggen. Onze natie wacht hierop!”
Met haar jaarrede positioneerde de president zich niet alleen als staatshoofd, maar ook als symbool van inclusie en verandering, met een duidelijke koers richting herstel en duurzame vooruitgang.