Kenneth Vermeer (37) is bij PEC Zwolle begonnen aan een nieuwe uitdaging, maar de ervaren doelman mikt daarnaast op nog een avontuur. Met wat hulp van de FIFA hoopt Vermeer in de herfst van zijn carrière nog op een interlandcarrière bij Suriname. Dit meldt Voetbal International.
In mei werd bekend dat Vermeer zich net als Daishawn Redan (Venezia), Dhoraso Klas (ADO Den Haag) en Stefano Denswil (Trabzonspor) beschikbaar heeft gesteld als international voor het Suriname van bondscoach Aron Winter en assistent Henk ten Cate. ”Dat zou ik heel mooi vinden, om de kleuren van het land te dragen. Het zou me zeker trots maken”, vertelt Vermeer in een interview in Voetbal International van deze week.
Die interland switch heeft wel de nodige voeten in de aarde, aangezien de doelman tussen 2012 en 2015 dus vijf interlands voor het Nederlands elftal speelde. In het verleden was de kous daarmee af, maar de FIFA heeft de reglementen op dit gebied sinds eind 2020 versoepeld. Onder bepaalde voorwaarden kunnen internationals nu van nationale ploeg wisselen.
Daarbij wordt er onder meer gekeken naar de duur van periode sinds de laatste interland en de competities waarin de bewuste interlands zijn gespeeld. Aangezien de laatste interland van Vermeer in Oranje meer dan drie jaar geleden is, en hij nooit op een eindtoernooi heeft gekeept, lijkt de deur op een kier te staan. ”De FIFA is dat nu aan het uitzoeken, dus het is nog even afwachten”, vertelt Vermeer.
”Het zou wel bijzonder zijn om misschien nog wel een toernooi mee te maken met Suriname. Ze zijn een mooie ploeg aan het bouwen. Het zou mijn ouders natuurlijk ook enorm trots maken. Maar zij steunen me, ongeacht de keuzes die ik maak. Ik hoop dat het lukt, het lijkt me een mooi avontuur om aan het einde van mijn carrière nog mee te maken. Maar mocht het uiteindelijk toch niet mogelijk zijn, dan is het op mijn leeftijd natuurlijk ook niet verkeerd om een beetje rust te hebben tijdens de interlandweekenden.”