“We roepen op tot een stille loop: een vreedzame maar duidelijke oproep tot dringende aandacht voor de diepe crisis in het onderwijs. Dit is niet enkel een signaal aan de overheid, maar ook een oproep aan onszelf als onderwijspersoneel: verandering begint met onze eigen inzet”, staat in een oproep van het Syndicaat voor Onderwijsgevenden aan haar leden.
Het is triest en pijnlijk om te zien dat leerkrachten blijven klagen over hun lage salarissen en slechte werkomstandigheden. Tegelijkertijd is het voor het Syndicaat moeilijk om duidelijkheid te krijgen over wat leerkrachten zélf willen: “Blijven we klagen, of zijn we bereid samen in actie te komen?”, staat verder in de oproep.
Eind september had het Syndicaat een bijeenkomst georganiseerd om naar de stem van het onderwijspersoneel te luisteren. Helaas was de opkomst bijzonder laag. Dat stelt ons voor een moeilijke vraag: “Als wij onze stem niet laten horen, wie zal het dan voor ons doen?”
Ondertussen heeft een vogeltje ons ingefluisterd dat de minister voor een maand afwezig is of zal zijn, vermoedelijk om persoonlijke redenen. Wat dit bijzonder zorgwekkend maakt, is dat de minister pas is aangetreden. De problemen in het onderwijs zijn nog lang niet opgelost, maar nu al lijkt het leiderschap tijdelijk weg te vallen. Het ministerie functioneert formeel nog wel, maar de politieke betrokkenheid is momenteel nauwelijks merkbaar.
Heeft de minister wel oor voor de noden van de leerkrachten en het hart om daadwerkelijk iets aan de problemen te doen? Is hij bereid en in staat om de structurele problemen binnen het onderwijs aan te pakken? “Zijn afwezigheid zal bij velen ongetwijfeld de indruk wekken dat de confrontatie met de realiteit binnen het ministerie nu al zwaar op hem drukt.”
Het Syndicaat laat deze situatie niet zomaar voorbijgaan. “Laat onze stilte spreken. Laat onze aanwezigheid tellen.”