Zowel staatsolie als de regering hebben nadruk gelegd op de ontwikkeling en betrekken van local content in de productiesharingcontracten met de verschillende oliegiganten die vandaag het contract hebben getekend voor blok 63, 64 en 65.
Deze blokken die voorkomen in het Demerara deepwater gebied waren onlangs geveild en heeft Suriname, Shell, Petronas, Total Energies en Qatar Energies International kunnen aantrekken om deze blokken in ontwikkeling te brengen.
De minister van Natuurlijke Hulpbronnen, David Abiamofo was ook aanwezig tijdens de ondertekening en zegt dat de regering zal toekijken als de local contentt afspraken en milieuafspraken, die zijn opgenomen in de contracten, worden nageleefd.
“Waar het toegepast kan worden moet de voorkeur of voorrang gegeven moeten worden aan lokale bedrijven die voldoen om hun producten en diensten te leveren”, zegt Abiamofo. Hij benadrukt dat de aanbestedingen vooral toegankelijk moeten zijn voor Surinaamse bedrijven.
De CEO van Staatsolie, Anand Jagessar, zegt tevreden te zijn dat local content vooral benadrukt wordt in de contracten. Ook het staatsbedrijf zal erop toezien dat als bedrijven voldoen aan de eisen en voorwaarden, dat zij mee kunnen doen aan de aanbestedingen en ook gekozen kunnen worden. “Als wij zien dat een Surinaams bedrijf voldoet aan alle voorwaarden en eisen zullen wij zeker vechten dat zij doorkomen.”
Tijdens deze fase hoeft Staatsolie nog niet in te komen met financiële middelen, omdat de blokken zich nog in de ontwikkelingsfase bevinden. De mogelijkheid voor olie zal Suriname pas na 5 of 10 jaren zien, merkt Jagessar op.
“Dit is een langetermijninvestering voor Suriname, precies zo hebben we ook blok 58 tot ontwikkeling gebracht. Als we in 2015 geen productiesharingcontract hadden getekend, zouden we in 2020 geen olie hebben gevonden”, merkt de CEO van Staatsolie op.