De Nationale Milieu Autoriteit (NMA) is kort na een melding van een olielekkage nabij Accaribo aan de Surinamerivier in actie gekomen om de milieuschade zoveel mogelijk te beperken. Volgens de eerste informatie gaat het om een hoeveelheid van naar schatting 3.000 tot 4.000 liter gebruikte olie die in de bodem en de rivier is terechtgekomen – aanzienlijk minder dan de 100.000 liter waar in de publieke berichtgeving over is gespeculeerd.
De lekkage vond plaats bij een opslagtank van een ondernemer die aan de rivier een recreatieoord exploiteert. De NMA benadrukt dat het grootste deel van de olie in de lekbak is opgevangen. De exacte omvang van de vervuiling zal via metingen nader worden vastgesteld. De oliesporen zijn onder meer zichtbaar in de omgeving van het strand van het recreatieoord.
Directe inzet en opruimwerkzaamheden
Na de melding schakelde de NMA direct het bedrijf United Recycling and Rental N.V. in, dat gespecialiseerd is in het opruimen van olielekkages. Onder begeleiding van de NMA voert de ondernemer op dit moment maatregelen uit om verdere verspreiding van de olie tegen te gaan en de schade te beperken.
Medewerkers van de NMA zijn ter plaatse aanwezig en houden toezicht op de uitvoering van alle rehabilitatiemaatregelen. Doel is om verdere schade aan de Surinamerivier en het omliggende milieu zoveel mogelijk te voorkomen.
Zorgplicht volgens de Milieu Raamwet
De NMA verwijst in haar reactie naar artikel 9 van de Milieu Raamwet (MRw), waarin de algemene zorgplicht voor het milieu is vastgelegd. Iedereen in Suriname is verplicht voldoende zorg in acht te nemen voor het milieu en handelingen die schadelijke gevolgen kunnen hebben te vermijden.
Wanneer iemand kennis draagt van een milieuschadelijk incident, geldt bovendien een meldingsplicht bij de NMA. Volgens de autoriteit heeft de betrokken ondernemer in deze zaak conform die zorgplicht gehandeld door de lekkage tijdig te melden en actief mee te werken aan de schadebeperking.
Verplichte rampenplannen bij gevaarlijke stoffen
De NMA herinnert bedrijven die gevaarlijke stoffen opslaan of beheren eraan dat zij verplicht zijn een emergency response plan of rampenplan op te stellen. In zulke plannen moet expliciet zijn vastgelegd dat milieu-incidenten direct bij de NMA worden gemeld.
Dat stelt de autoriteit in staat om onmiddellijk toezicht te houden, deskundige begeleiding te bieden en waar nodig bindende instructies te geven, zodat het milieu bij calamiteiten zo goed mogelijk wordt beschermd.











