Volgens voorzitter van de vakbeweging voor onderwijsgevenden ALS/BVL, Reshma Mangre moet het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur beter overleg hebben met het veld en vooral de vakbeweging. “De minister maakt beleid, maar belangrijk is dat het beleid wordt ondersteund door de leerkrachten. Want zij zijn per slot van rekening de uitvoerders”, zegt Mangre in gesprek met ABC Suriname.
Vooral wanneer er volgens Mangre ingrijpende veranderingen worden gepleegd binnen het onderwijs, moeten een aantal zaken op een rijtje gezet worden. Het ministerie van Onderwijs heeft onlangs aangekondigd dat ze de achterstanden in het onderwijs willen aanpakken. De extra schooldagen in de vakantie moeten deze achterstanden verhelpen. Met het nieuw onderwijssysteem geïntroduceerd door de vorige minister van Onderwijs, Marie Levens, is volgens Mangre achterstanden gecreëerd die nu opgelost moeten worden. “Belangrijk is dat we naar een structurele oplossing gaan en dat de ouders ook worden betrokken en de nodige randvoorwaarden in place worden gebracht.”
Behalve de extra schooldagen in de vakantie wordt er ook herkansing geboden aan de leerlingen. Dat wil zeggen dat leerlingen een kans krijgen om opnieuw een toets te doen voor de vakken Nederlands en rekenen bij minimaal een vier. “Het moet niet gaan inboeten aan kwaliteit. We kunnen herkansing geven, maar hoe is het plan uitgevoerd. Hoeveel herkansingen hebben en gaan we elk jaar herkansingen geven”, vraagt Mangre zich af. Met het bieden van de herkansingen wordt, volgens Mangre, niet het basisprobleem opgelost, want herkansingen geven is nog geen oplossing voor de grote problemen binnen het onderwijs. “We moeten gaan kijken waar het basisprobleem ligt en hoe kunnen we dit structureel oplossen.” Als dat is opgelost dan hoeven er volgens haar geen herkansingen worden gegeven.