In een inventarisatie door het Ministerie van Regionale Ontwikkeling en Sport (ROS) en het Nationaal Coördinatie Centrum voor Rampenbeheersing (NCCR), zijn er zeker 3000 huishoudens in het binnenland, die zijn getroffen door wateroverlast, geïdentificeerd . In het binnenland, voornamelijk in het district Sipaliwini, zijn 1100 noodhulppakketten verstrekt. “Ik wil vooral benadrukken dat kostgronden van de mensen in het binnenland zijn getroffen en daarom onder andere voedselpakketten zijn verstrekt. Er is geen winkel waar zij naartoe kunnen, want die zijn ook getroffen door wateroverlast”, zegt Maverick Boejoekoe, directeur van ROS, tijdens een persconferentie op vrijdag 25 maart.
De samenleving zal tenminste een keer per week op de hoogte worden gesteld van de stand van zaken met betrekking tot noodhulp en aanpak van de gebieden die momenteel getroffen zijn door wateroverlast. “Behalve Boven-Suriname en het Marowijnegebied zien wij dat Saramacca en Para ook zijn getroffen”, zegt Jerry Slijngaard, coördinator van het NCCR.
Slijngaard geeft aan dat het waterpeil daalt en in sommige gebieden zelfs stabiel is. “In de afgelopen 48 uur hebben wij meldingen gehad dat het water of stabiel of dalende is en dat is voor ons een gunstig moment om te kijken naar een mogelijke tweede ronde van het ondersteunen van de mensen met noodhulppakketten”, zegt Slijngaard. Hoe groot de schade is door de wateroverlast is nog niet helemaal duidelijk. Hij weet wel dat veel andere zaken die te maken hebben met infrastructuur en de netwerken van nutsvoorzieningen zijn beschadigd door het water.
“Elektriciteit en drinkwatervoorzieningen zijn ook aangetast. Veel onder water gelopen scholen en gemeenschapshuizen waar eventueel mensen konden worden ondergebracht, is de situatie die we hebben aangetroffen. De inheemse gebieden in het zuiden hebben ook schade ondervonden”, vertelt Slijngaard. Hoewel het water niet is blijven zitten, hebben de kostgronden van de inheemsen veel schade opgelopen. Suriname heeft, naar zeggen van Slijngaard, melding gemaakt van de wateroverlast aan de Caricom.
Suriname maakt ook deel uit van de Caribbean Disaster en Emergency Management Agency. De rampenorganisatie van Caricom heeft de melding in een situation report gedaan en naar de verschillende instituten gestuurd. “Sinds gisteren is er ook een behoeftelijst gepresenteerd om te kijken bij de bevriende naties hoe zij Suriname verder kunnen ondersteunen met middelen en goederen die zijn aangevraagd. Behalve middelen en goederen is ook gevraagd naar expertise zoals kennis bij het nemen van besluiten, hoeveel bepaalde rampen hebben gekost en ook meterologische expertise.