Op het ministerie van Openbare Werken en Ruimtelijke Ordening (OWRO) zijn naast tientallen voertuigen ook honderd brushcutters verdeeld, maar volgens president Jennifer Geerlings-Simons is dat op een ongecontroleerde manier gebeurd. “Het is te veel geweest”, benadrukte zij recent tijdens de regeringspersconferentie. Van de 100 brushcutters zou de minister van OWRO er slechts 40 daadwerkelijk in handen hebben gekregen.
De president stelde dat het verspreid uitdelen van het materieel ervoor zorgt dat het ministerie bij urgente situaties niet zelfstandig kan optreden. Hoewel de aankopen door de Staat zijn gedaan, kunnen werkzaamheden bij calamiteiten of noodsituaties niet direct worden uitgevoerd, omdat de machines her en der verdeeld en verspreid zijn. In zulke gevallen zou het ministerie zich genoodzaakt zien om via onderhandse gunningen toch werk te laten uitvoeren.
Geerlings-Simons gaf aan dat sinds het aantreden van de huidige regering een zichtbare verbetering merkbaar is in netheid en hygiëne, waarbij de afdeling Openbaar Groen een belangrijke rol speelt. Tegelijkertijd wees zij erop dat de slagkracht groter zou zijn als alle beschikbare machines bij het ministerie terechtkwamen. “Als je honderd brushcutters had, kon je veel sneller werken”, aldus de president.
Ook kaartte zij aan dat er in het verleden geregeld werd gezegd dat er geen brandstof beschikbaar was, terwijl volgens haar in de praktijk allerlei mensen gewoon gingen tanken. Volgens de president zijn duidelijke afspraken en beter beheer nodig om te voorkomen dat overheidsmiddelen versnipperd raken en niet beschikbaar zijn wanneer ze het hardst nodig zijn.










