President Jennifer Simons heeft maandag 1 december 2025 in De Nationale Assemblée (DNA) gepleit voor een moderne en evenwichtige relatie tussen Suriname en Nederland.
In haar toespraak tijdens de Buitengewone Vergadering, gehouden in verband met het staatsbezoek van koning Willem-Alexander en koningin Máxima, stelde zij dat beide landen op basis van gelijkwaardigheid, wederzijds vertrouwen en respect moeten bouwen aan een duurzame toekomst.
Volgens Simons biedt het staatsbezoek ruimte om zowel terug als vooruit te kijken. Zij wees erop dat de gezamenlijke geschiedenis lange tijd is gekenmerkt door “ernstige onevenwichtigheid” en een vaak negatieve verhouding, voortkomend uit het koloniale systeem en de postkoloniale periode. Tegelijkertijd benadrukte het staatshoofd dat de toekomst beter kan worden gemaakt door erkenning van het verleden te koppelen aan samenwerking in het proces van herstel.
De president noemde het bezoek van het Koninklijk Paar een kans om daadwerkelijk een nieuwe start te maken. Suriname en Nederland zouden, aldus Simons, gezamenlijk de gelegenheid moeten aangrijpen om de relatie opnieuw vorm te geven: vriendschappelijk, zakelijk en met respect. Daarbij onderstreepte zij dat Suriname, vijftig jaar na de onafhankelijkheid, nu op het punt is gekomen waarop de historische scheefgroei in de verhouding ook onder ogen moet worden gezien en gecorrigeerd. “Elke weg begint met een stap,” stelde Simons, waarmee zij aangaf dat Suriname bereid en in staat is zijn eigen toekomst te bepalen.
In de buitenlandse politiek van Suriname is volgens de president nauwe samenwerking belangrijk met alle landen van herkomst van de Surinaamse bevolking, waaronder Nederland. Zij benadrukte dat de band met Nederland niet alleen draait om economische of culturele kansen, maar ook om het feit dat er sprake is van een gedeelde bevolking. Veel Surinamers hebben familie in Nederland, terwijl ook Nederlanders in Suriname wonen.
Simons bracht daarnaast het internationale klimaat ter sprake. De huidige tijd geeft volgens haar reden tot bezorgdheid en maakt samenwerking noodzakelijk om vrede in de wereld en in de regio te helpen bewaren. Zij zei dat ook hierover tijdens contacten is gesproken.
Het staatshoofd wees op meerdere terreinen waar beide landen elkaar kunnen versterken, mede door gedeelde fundamenten zoals taal en een rechtssysteem dat historisch gebaseerd is op het Nederlandse. Zij noemde kansen voor verdieping van de relatie op regeringsniveau én via de private sector, onder meer op het gebied van handel, economie, energie en de ontwikkeling van de samenlevingen.
Tot slot stelde Simons dat Suriname een evenwichtige relatie nastreeft waarin zowel het Surinaamse als het Nederlandse belang helder is. Gelijkwaardigheid, vertrouwen, zakelijkheid en vriendschap moeten volgens haar de basis vormen. In haar woorden is dit een moment waarop beide landen samen kunnen bouwen aan een toekomst voor Surinamers in Nederland en Nederlanders in Suriname, mits het verleden onder ogen wordt gezien en verwerkt.












