“Vrijheid geeft ons het recht om vandaag hier te zijn en samen met alle andere bevolkingsgroepen de herdenking van Keti Koti te vieren.” Dit zei president Chandrikapersad Santokhi voor aanvang van de Prodowaka op zaterdag 1 juli.
Het staatshoofd gaf op het terrein van NAKS aan de Thompsonstraat het startsein voor de kleurrijke loop. De herdenking van 1 juli is bijzonder belangrijk, omdat het volgens president Santokhi ook de viering van emancipatie, vrijheid en afschaffing van de slavernij markeert.
Volgens het staatshoofd is de afschaffing van de slavernij een symbool van bevrijding. Het is een lang proces geweest, maar uiteindelijk zijn de excuses aangeboden tegen dit onrecht. “We zijn er trots op dat we deel mogen zijn van een rijke culturele diversiteit die niet is ontstaan uit commercie, maar uit het hart van de mensen die met genoegen en trots elkaars klederdrachten aandoen,” merkte het staatshoofd op. De Prodowaka moet daarom gezien worden als een culturele uiting in eenheid en verscheidenheid.
De Organisatie voor Gemeenschapswerk NAKS heeft in verband met 160 jaar afschaffing van de slavernij verschillende activiteiten georganiseerd. Keti Koti, zoals deze dag ook bekend staat, is een dag die gevierd dient te worden. Het gaat om de overwinning in de strijd die de voorouders gevoerd hebben om vrij te zijn.
NAKS-voorzitter Siegmien Staphorst sprak van een heugelijk moment, maar benadrukte tegelijkertijd ook dat er nog heel wat zaken zijn waaraan er gedacht moet worden. Er moet nog hard gewerkt worden om hetgeen dat zich heeft afgespeeld gedurende de slavernij, een plek te geven. Desondanks gaf ze aan dat het wel een dag is om niet zomaar voorbij te laten gaan. “Het is een dag om te vieren, want onze voorouders hebben heel hard gewerkt om de slavernij te helpen afschaffen.”
De Prodowaka symboliseert niet alleen de bevrijding, maar geeft ook de trots aan van Afro-Surinamers op de kleding, die hun voorouders en ouders hebben nagelaten als cultureel erfgoed. Die waardering werd gedemonstreerd met de Prodowaka, waarbij verschillende bevolkingsgroepen hebben deelgenomen met pracht en praal. Staphorst zegt dat er gewerkt moet worden aan eenheid. Vooral eenheid onder de nazaten van de tot slaaf gemaakten. “Vandaaruit moeten we de handreiking doen naar de andere groepen in ons land”, aldus Staphorst.