Het is een risico om in afwachting van regen later dit jaar meer hydro-energie op te wekken. Dit stelt Minister David Abiamofo van Natuurlijke Hulpbronnen. Hij sprak journalisten woensdag voor aanvang van de vergadering van de ministerraad over actuele zaken. De bewindsman stelt dat er voorstellen zijn vanuit vakbonden om meer hydro-energie op te wekken en minder gebruik te maken van generatoren.
Abiamofo geeft verder aan dat de staat probeert te voorkomen dat de Staatsolie Power Company in een zodanige positie komt dat die geen hydro-energie meer kan opwekken. De minister stelt dat er gisteren met de vakbonden is gesproken over de kwestie van elektriciteitstarieven. Hij merkt op dat er nog veel onduidelijkheid bestaat over de manier waarop er een consensus bereikt kan worden tussen de staat en de vakbonden. Enkele vakbonden hebben de afgelopen tijd hun misnoegen geuit over de verhoogde stroomtarieven.
De minister stelt dat de centrale overheid berekeningen maakt op basis van de centrale bank koers van de afgelopen drie maanden. Hij stelt dat de vakbonden bij het maken van hun berekeningen zijn gaan werken met de koers van SRD 31 voor een dollar. Wat veel lager ligt dan de berekening van de overheid. “Wat ons betreft, is dat niet werkbaar.” Het besluit is volgens de bewindsman dat er weer gesproken zal worden met de vakorganisaties. Het volgende gesprek zal in juni plaatsvinden om na te gaan waarover er wel consensus is.
De minister geeft aan dat de stroomvoorziening wel gegarandeerd is. Hij stelt dat de prijs van olie niet onderschat moet worden. Hij benadrukt dat bij de prijsvaststelling is gewerkt met een prijs van boven de 90 dollar, terwijl dit nu naar boven de 100 dollar per vat is gestegen.