Tijdens de regeringsraadsvergadering (RRV), voorgezeten door president Chandrikapersad Santokhi, zijn er verschillende cruciale beslissingen genomen die van invloed zijn op diverse sectoren binnen de Surinaamse samenleving.
Deze besluiten betreffen onder andere het optoppen van het NOVA-fonds, het beschikbaar stellen van financiële middelen voor Surinaamse sporters, de goedkeuring van een principe-akkoord tussen het ministerie van Volksgezondheid en de zorgbonden, en de aanschaf van zes lo-liftpompen door het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV). Daarnaast zijn op woensdag 18 september 2024 rapporten gepresenteerd over de “State Owned Enterprises” en door de Anti-Corruptie Commissie over de “Verklaring van Vermogen Publieke Functionarissen.”
Voor aanvang van de vergadering deelde president Santokhi mee dat hij een constructief gesprek had gevoerd met de Surinaamse Vereniging van Journalisten (SVJ) en dat hij de uitdagingen waarmee de mediaorganisatie wordt geconfronteerd, had aangehoord. De president benadrukte dat de regering, in het kader van goed bestuur, verplicht is om de samenleving van adequate en correcte informatie te voorzien en dat de regering te allen tijde zal meewerken. Hij gaf tevens aan dat de regering haar deskundigen beschikbaar zal stellen om de nodige assistentie te bieden bij de uitdagingen waarmee de SVJ wordt geconfronteerd.
Ter bevordering van de agrarische sector, die bijdraagt aan voedselzekerheid, werkgelegenheid en de export van producten, heeft de minister van LVV, Parmanand Sewdien goedkeuring gekregen om het NOVA-fonds op te toppen. Daarnaast heeft de minister goedkeuring gekregen om zes lo-liftpompen aan te schaffen via een IDB-lening, die in overeenstemming met de Comptabiliteitswet zal worden aangeschaft.
Verder heeft de minister van Volksgezondheid, Amar Ramadhin, goedkeuring verkregen voor het principe-akkoord dat is getekend door de regering en de zorgbonden, waaronder de Algemene Bond van Personeel van het Academisch Ziekenhuis (ABPLAZ), de Bond van Personeel van de Regionale Gezondheidsdienst (BPRGD), de Bond van Personeel van het Sint Vincentius Ziekenhuis (BPSVZ), de Bond van Personeel van het ‘s Lands Hospitaal (BPLH), de Bond van Personeel van het Diakonessenhuis (BPDZ), de Bond van Personeel van het Regionaal Ziekenhuis Wanica (BPRZW), de Bond van Personeel van het Streekziekenhuis Atjoni (BPSZA), de Bond van Personeel van het Streekziekenhuis Marwina (BPSZM) en de Bond van Personeel van het Mungra Medisch Centrum (BPMMC).
De president benadrukte dat de samenleving een zware periode van herstel heeft doorgemaakt, met name de zorgsector, die zich tijdens de COVID-periode dag en nacht heeft ingezet om de nodige zorg te verlenen. Hij bedankte hen voor hun diensten en gaf aan dat de regering hen, binnen de financiële realiteit van het land, alle nodige ondersteuning zal bieden, zodat de zorg gecontinueerd kan worden.
De presidentiële werkgroep “State Owned Enterprises”, onder leiding van Viren Adjodhia, heeft aan de regering gerapporteerd over de status van de staatsbedrijven, of deze nog bestaan of niet. Uit onderzoek is gebleken dat, in het kader van het gezond maken van de staatsfinanciën, er plannen zijn om bepaalde bedrijven te ontmantelen, te privatiseren of juist niet te privatiseren. De regering benadrukte dat bij het ontmantelen van staatsbedrijven zorgvuldig moet worden omgegaan met betrokken werknemers en bezittingen.
De Anti-Corruptie Commissie rapporteerde vervolgens over de “Verklaring van Inkomsten en Vermogen” (V.I.V.) voor publieke functionarissen. Deze wet is bedoeld om corruptie onder ambtenaren te voorkomen. De commissie meldde dat er vooruitgang is geboekt, waarbij topfunctionarissen zich aan de wet hebben gehouden, en dat er voorbereidingen worden getroffen om ervoor te zorgen dat de overige ambtenaren, zoals genoemd in de wet, zich ook aan deze wet zullen houden. Ilse Krenten, voorzitter van de Anti-Corruptie Commissie, wees ook op operationele tekortkomingen en vroeg hiervoor aandacht.
Daarnaast is goedkeuring verleend voor de voortzetting van de werkzaamheden van meester Roy Baidjnath Panday met betrekking tot het opzetten van een Anti-Money Laundering Instituut Suriname en het opzetten van FIOD Suriname, evenals de inbedding daarvan in het handhavings- en controlesysteem. President Santokhi gaf tot slot aan dat de huidige regering alles in het werk zal stellen om transparantie te bevorderen in het belang van Suriname.