De Special Drawing Rights (SDRs) die Nederland van het Internationaal Monetaire Fonds (IMF) ontvangt, zouden ingezet kunnen worden voor de ontwikkeling van Suriname.
Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (Bibis) heeft dit onderwerp op maandag 12 september 2022 tijdens een bilateraal onderhoud besproken met zijn Nederlandse collega Liesje Schreinemacher van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
De SDR’s zijn financiële middelen die een jaar geleden door het IMF beschikbaar zijn gesteld. Deze zouden volgens minister Ramdin moeten worden herverdeeld onder landen die met hoge schulden zitten.
“Suriname is zo een land – we hebben ook gehad, maar minder – en we hebben gevraagd of een deel van de SDR’s die aan Nederland zijn gegeven en die zij eigenlijk niet nodig hebben binnen hun begroting, richting Suriname kan komen.” De twee bewindslieden hebben zich op het stuk van financiële instrumenten die aan de orde moeten komen om Surinames ontwikkeling verder te ondersteunen, gebogen over de SDR’s.
Het ontvangen van een deel van de Nederlandse SDR’s, is volgens minister Ramdin een complex vraagstuk omdat daarvoor de Europese Bank in beeld moet komen. Desondanks ligt het in de bedoeling verder hierover te onderhandelen. “Die afspraak is ook gemaakt dat we daarop gaan blijven werken in de komende maanden, omdat het middelen zijn die niet vallen onder een lening, maar onder een schenking”, zegt de Bibis-minister.
De bewindslieden hebben ook van gedachten gewisseld over voorzieningen die getroffen moeten worden om handel en investeringen tussen Nederland en Suriname te stimuleren. Minister Ramdin: “In dit geval gaat het om voorzieningen die bij het Export Krediet Fonds in Nederland zijn, maar ook bij de Financieringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden en de Raad voor Ondernemerschap.”
Het ministerie van BIBIS zal nagaan hoe meer bedrijven uit Nederland geïnteresseerd kunnen worden om in Suriname te investeren, samen met het Surinaamse bedrijfsleven.