Minister Prahlad Sewdien van Landbouw Veeteelt en Visserij (LVV) zegt dat hij de directeur van De Doksenclub Suriname niet tegenwerkt. “Waarom zou ik. We kennen elkaar als vrienden. Zo is het begonnen”, reageerde de bewindsman vanmorgen tegenover journalisten voor aanvang van de wekelijkse ministerraadsvergadering.
Sewdien stelt dat hij nu in een andere positie is en andere verantwoordelijkheden heeft in tegenstelling tot wat directeur Gerard van den Bergh zegt, dat de bewindsman helemaal van aard zou zijn veranderd en hem dwarsboomt ten aanzien van de import van broedeieren uit Nederland. “Ik zit in een andere positie. Ik heb de leiding over de veterinaire afdeling welke onder LVV valt. De afdeling heeft te maken met ziekten en plagen. Ik heb nu te maken met wetgeving en het is wetgeving waarmee ik moet werken. De wet legt een aantal zaken uit van hoe je dient te werken”, legt Sewdien uit. Hij zegt dat het nodig is dat een land zich houdt aan protocollen die zijn vastgesteld voor handel.
Sewdien zegt verder dat hij als autoriteit dagelijks contact heeft met veterinaire organisaties in het buitenland. Deze voorzien de Surinaamse belanghebbende organisaties van de nodige technische adviezen en handvaten. De minister zegt dat het nu een seizoen is waarin er een bepaalde dreiging in de atmosfeer hangt vanwege vogelgriep. Hij zegt dat het niet verstandig is om eieren uit landen te importeren die geconfronteerd zijn met de dreiging. Het feit dat president Chandrikapersad Santokhi nu Caricom-voorzitter wordt zou nog meer ervoor zorgen dat Suriname in negatieve zin in de schijnwerpers zou komen door de import uit landen waar de dreiging van vogelgriep heerst toe te staan.
Door de problemen met de import van eieren uit Nederland heeft het bedrijf De Doksenclub rake klappen moeten incasseren. Het bedrijf is volgens de leiding zodanig getroffen dat het enkele dagen geleden enkele personeelsleden heeft moeten bedanken. De situatie bij de onderneming loopt al een tijdje. In geval de ontwikkelingen bij de organisatie zo blijven lopen bestaat de kans dat het bedrijf zijn deuren zal moeten sluiten. Eerder gaf directeur Van den Bergh aan dat hij ondanks het aanspannen van een rechtszaak waarbij hij in het voordeel is gesteld een dusdanige druk ervaart vanuit de zijde van de minister als autoriteit en ook van ondernemers uit dezelfde sector.
.