NDP-voorzitter Jenny Simons heeft tijdens een toespraak in het ressort Kwatta felle kritiek geleverd op het beleid van president Chan Santokhi. Volgens haar is het beloofde herstelplan van de president uitgepakt als een voordeeloperatie voor een selecte groep: “friends and family”.
“Er was een man, hij heette Chan, en hij had een plan …, maar het bleek een plan voor friends and family,” aldus Simons. De partijvoorzitter liet er geen twijfel over bestaan dat veel burgers, inclusief NDP-aanhangers en veldwerkers, zich bedrogen voelen door de koers van de huidige regering.
Ze riep haar gehoor op kritisch te blijven kijken naar wat er daadwerkelijk gebeurt in de politiek. Daarbij noemde ze expliciet het verhaal over de Centrale Bank van Suriname (CBvS). “Er werd beweerd dat er geld was gestolen bij de Centrale Bank, maar dat is een leugen,” stelde Simons. Volgens haar werd in 2020 al door de toenmalige governor verklaard dat de bank over middelen beschikte en zelfs winst maakte.
Economisch beleid onder vuur
Simons benadrukte dat de economie onder de vorige NDP-regering stabieler was. Ze wees erop dat de inflatie in 2019 was teruggebracht naar 4,2 procent. “Toen functioneerde het land. Kinderen gingen met de bus naar school, huisartsen draaiden en ziekenhuizen waren operationeel,” aldus de NDP-leider.
Over de huidige staatsschuld was ze evenmin mild: “Die is helemaal niet gedaald. Er is alleen maar meer geleend. En dan praten ze over herstel?” Ze beschuldigde de regering van het verspreiden van halve waarheden. “Als je zegt dat de schuld is verminderd, maar je baseert dat niet op de dollarcijfers, dan bedrieg je het volk.”
Sociaal beleid en internationale steun
Ook het sociaal beleid kreeg kritiek. Volgens Simons zijn de middelen van internationale organisaties zoals het IMF niet benut om daadwerkelijke verlichting te brengen voor de bevolking. “De kans om het volk te ondersteunen werd verkwanseld,” zei ze.
Simons besloot haar toespraak met een oproep tot waakzaamheid: “We mogen van mening verschillen, maar de waarheid moet gezegd worden. En als je kijkt naar wat er écht is gebeurd, dan zie je dat het volk nooit centraal heeft gestaan.”