Minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning heeft tijdens een persconferentie met trots benadrukt dat het ambtenarenbestand voor het eerst in de geschiedenis van Suriname is verkleind. Het aantal landsdienaren is teruggebracht van 53.000 naar 46.000, wat een besparing van miljarden SRD heeft opgeleverd.
Het terugdringen van het ambtenarenbestand was een belangrijke beleidsdoelstelling van de huidige regering. De uitgaven voor lonen zijn in 2024 gedaald van SRD 11,3 miljard naar circa SRD 7 miljard. Volgens Raghoebarsing betekent dit dat de gemiddelde loonsom is gestegen, wat aangeeft dat werknemers nu meer verdienen. De minister waarschuwde echter dat het uiteindelijke bedrag kan oplopen door afspraken met vakbonden en de suppletoire begroting.
Eerder benadrukte de regering dat het inkrimpen van het ambtenarenbestand noodzakelijk was om de overheidsfinanciën te stabiliseren. Het proces ging gepaard met reorganisaties en ontslagen, wat zorgde voor enige kritiek vanuit vakbonden en de samenleving. Toch is het gelukt om dit traject succesvol af te ronden, wat zelfs internationale erkenning heeft opgeleverd. Volgens Raghoebarsing heeft Suriname complimenten ontvangen uit de regio en van Frankrijk, waar dergelijke hervormingen nog niet zijn gerealiseerd.
Raghoebarsing presenteerde optimistische vooruitzichten voor de Surinaamse economie. Dankzij succesvolle belastinghervormingen, waaronder de invoering van btw, heeft de overheid het streefbedrag van SRD 5,5 miljard voor 2024 bijna gehaald. Dit systeem heeft meer inkomsten gegenereerd dan de eerdere omzetbelasting. Hij sprak zijn waardering uit voor de belastingdienst, ondernemers, en burgers die hebben bijgedragen aan deze fiscale prestatie.
Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) heeft opnieuw een bedrag goedgekeurd voor begrotingssteun en schuldaflossing. “De economie is fragiel, maar bevindt zich op het juiste spoor,” aldus de minister.
Tijdens de persconferentie ging Raghoebarsing ook in op speculaties over een bonus van 5 procent voor landsdienaren. Hij verduidelijkte lachend dat het hier gaat om het resterende bedrag van de eerder overeengekomen 20 procent loonsverhoging, waarvan het laatste deel eind januari wordt uitbetaald.
De minister benadrukte dat het succes van het inkrimpen van het ambtenarenbestand en de economische vooruitgang een gezamenlijke inspanning is van de samenleving, vakbonden en de regering. Hij noemde het leiderschap van het kabinet een doorslaggevende factor in het proces. Met deze hervormingen zet de regering een belangrijke stap richting financiële stabiliteit en economische groei.