Advocaat Chandra Algoe zegt dat er hoop is dat de strafzaak tegen haar cliënt, Robert van Trikt, -de gewezen Centrale Bank governor– in het voordeel van haar cliënt zal aflopen.
Na afloop van de strafzaak waar ook de zakenpartner van de governor, Ashween Angnoe, terechtstaat voor het financieel benadelen van de staat, vertelde zij dat zij zich nu voorbereid op haar komend pleidooi. “Het hof heeft gesteld dat ik mijn pleidooi alvast klaarzet op schrift, zodat het Openbaar Ministerie (OM) alvast daarop kan inspelen.” Ze geeft aan dat wanneer zij op 3 juli haar pleidooi gaat houden, de vervolging daarop kan repliceren.
Algoe merkt ook op dat de beperkingen van haar cliënt zijn opgeheven. Eerder was het paspoort van Van Trikt door het OM in beslag genomen. De jurist zegt dat hij niet naar het buitenland zal vertrekken. Ze zegt dat hij zal blijven tot de case afgerond is. Van Trikt zegt dat hij erbij blijft dat hij onterecht achter de tralies is gezet. Hij stelt dat de grote schade en schande die hij heeft ervaren, voorkomen kon worden. De gewezen governor merkt op dat hoor en wederhoor vele zaken kon ophelderen bij het onderzoek van de belanghebbende autoriteiten.
De twee jaar en tien maanden die hij heeft doorgebracht achter de tralies zijn volgens hem heel erg pijnlijk.
Hij stelt dat hij niet eerder over de zaak heeft gesproken, maar nu echt in de media zal treden over alles dat hij heeft meegemaakt. “Ik heb niet kunnen reageren. Dit is de eerste reactie die jullie krijgen, dus een unicum. Ik ga er nu over beginnen te praten en uitleggen, want u ziet al. Er zijn vele misvattingen over leegroven en allerlei uitlatingen tot in het parlement, wat gewoon niet op waarheid berust.” Hij spreekt over verifieerbare onwaarheden die zijn gebruikt om politiek te scoren. Hiertegenover staat het feit dat er essentiële internationale rechten van de mens bestaan.
Van Trikt stelt dat hij nog niet kan aangeven of hij een schadevergoeding zal eisen aan het eind van de zaak. Advocaat Irvin Kanhai heeft vandaag een urenlang pleidooi afgewerkt waarin hij het OM erop heeft gewezen dat zijn cliënt de staat niet heeft benadeeld.