De Vereniging van Economisten in Suriname (VES) is niet te spreken over het uitvoeren van het regeerakkoord van de regering Santokhi. De economisten geven duidelijk aan dat slechts een klein deel van het regeerakkoord is gerealiseerd door de regering.
Voor haar aantreden na de verkiezingen hebben de vier partijen, VHP, NPS, ABOP-PL een regeerakkoord getekend waarin duidelijk een plan van aanpak is opgeschreven, hoe de nieuwe regering de uitdagingen van ons land zou aanpakken. Binnen het regeerakkoord sprak men over de eerste negen maanden van haar regeertermijn van een urgentiefase. Deze zou opgevolgd worden door een stabilisatiefase met een periode van 24 maanden en zouden we eigenlijk volgens planning in de ontwikkelings- en moderniseringsfase zijn met een duur van 27 maanden.
De VES geeft aan dat in het regeerakkoord, de prioriteitsacties in de urgentiefase, concreet zijn aangegeven. De concrete acties geformuleerd in de ‘stabiliteitsfase’ zijn naar zeggen van de VES niet concreet omschreven. Deze bevindingen gelden ook voor de ontwikkelings- en moderniseringsfase. “Het beleid van de regering is zonder concreet geformuleerde acties niet te evalueren.” Slechts de concrete acties in de urgentiefase kunnen worden getoetst, volgens de VES. En is slechts een deel van de rest van het plan gerealiseerd en de andere dus nog steeds niet aangepakt.
De economisten sommen een tal van 13 actiepunten die geheel of gedeeltelijk gerealiseerd:
1. De COVID-19 bezwering is in grote lijnen gerealiseerd.
2. Er is nog steeds geen adequaat “sociaal vangnet” ingesteld voor de diverse kwetsbare groepen. Wel losse maatregelen ter versterking van de koopkracht van bepaalde groepen (ambtenaren, gepensioneerden, mensen met een beperking, AOV’ers etc.) en de voortzetting van de willekeurige verdeling van pakketten.
3. Na enkele tussentijdse “schijnunificaties” heeft de CBvS per begin juni 2021 een flexibel wisselkoerssysteem geadopteerd.
4. De evaluatie en waar nodig bijstellen van directe en indirecte belastingheffingen is gedeeltelijk gedaan w.o. de rommelige introductie van de BTW.
5. De evaluatie en/of reorganisatie van geen der genoemde instituten (belastingdienst, douane, CLAD, Rekenkamer, CBvS, MAS, TAS, ABS, SPS en strategische staatsbedrijven (EBS, SWM, Telesur, SZF)) is gerealiseerd. Wel is de top van de meeste van de genoemde instituten en Staatsbedrijven vervangen en politiek ingevuld. De benoeming van de SER- leden is wel gerealiseerd.
6. De EBS is niet gereorganiseerd en de efficiëntie is niet merkbaar verbeterd. Wel zijn er diverse tariefsverhogingen doorgevoerd, maar de subsidie is nog steeds erg hoog. Verder is er een politieke loyalist uit de kring van friends & family aangesteld als CEO.
7. Bij SZF is directie en RvC meer dan één keer vervangen, maar de beloofde “directe verbetering van de effectiviteit en de financiën in de gezondheidssector” is niet waargemaakt. De medicijnen- en hulpmiddelen voorziening en urgente vervangingsinvesteringen is over de gehele linie niet verbeterd.
8. De diplomatieke relaties met Nederland op ambassadeursniveau is hersteld.
9. De leiding van de staatsmedia (w.o. NII, STVS en SRS) is partijmatig vervangen.
10. De beoogde “Sanering van de Staatsfinanciën” is bij een aanzet gebleven. Het begrotingstekort is nog vele malen hoger dan de gangbare internationale norm.
11. Wetswijziging tot herstel van de onafhankelijke positie van de Centrale Bank van Suriname is gerealiseerd. De nieuwe Bankwet is aangenomen en inmiddels afgekondigd.
12. De “commissie evaluatie en, indien noodzakelijk, herziening van de grondwet en het kiesstelsel” is niet ingesteld (ook geen referendum). Er is wel een Presidentiële commissie herziening Kiesstelsel ingesteld.
13. De bemensing van de Anti-corruptie-commissie is inmiddels wel gerealiseerd. Op de uitvoering van de Anticorruptiewet is het nog wachten.
Zaken die niet zijn gerealiseerd in de urgentiefase:
1. De “activering” van de verzwakte bedrijvigheid is niet gebleken. Ook van een Stimuleringsprogramma voor MKMO’s is niets gebleken. Alleen een NOFA-fonds voor de agrarische sector is operationeel.
2. De “eerlijke behandeling” van lokale ondernemers t.o.v. buitenlandse investeerders is niet gebleken. Het investeringsklimaat is niet verbeterd en de openbare inschrijvingen zijn meer uitzondering dan regel.
3. Herschikking van de Staatsschuld is slechts voor een deel gerealiseerd en men gaat door met nieuwe leningen het begrotingstekort te dekken.
4. Aanpassing c.q. wijziging van de wet op de Staatsschuld is niet gerealiseerd.
5. Het onmiddellijk intrekken van de valutawet is niet gerealiseerd.
6. De instelling van de “Commissie terughalen van corruptiegelden” is bewust niet gerealiseerd.
7. Het wijzigen van de Wet vervolging (voormalige) ambtsdragers is bewust niet gerealiseerd.
8. De “ethische code voor ambtenaren en staatsdiensten” is niet ingesteld, terwijl de richtlijnen c.q. wetgeving waaraan contracten moeten voldoen ook niet zijn aangescherpt.
9. De verbetering van de terugroepwet is niet gerealiseerd.
10. De evaluatie van de veiligheidsvoorzieningen is niet waargemaakt en ook de maatregelen zijn uitgebleven. Van een evaluatie en samenwerking met security bedrijven en buurtwachten is er niets bekend.
11. De Quickscans van geen der ministeries is gerealiseerd. Ook de realisatiegraad van de ministeries is niet verbeterd.
12. Het initiëren van een arbeidsmarktonderzoek is niet gerealiseerd.
13. De inventarisatie van de infrastructurele voorzieningen m.n. energie, water en wegen is niet gerealiseerd.
Geconcludeerd kan dan ook worden dat ruim 2 jaar na het verstrijken van de Urgentiefase maar liefst 13 van de 26 Activiteiten (50%) die volgens de coalitie alle prioriteit verdienden nog steeds niet gerealiseerd zijn. Kortom: de Regering is niet serieus met haar eigen geformuleerd regeerakkoord.