De wereldwijde persvrijheid is voor het eerst in de geschiedenis van de World Press Freedom Index van Reporters Without Borders (RSF) geclassificeerd als een ‘moeilijke situatie’. De economische fragiliteit van media vormt daarbij de grootste bedreiging.
In het jaarlijkse rapport van Reporters Without Borders (RSF) over de wereldwijde persvrijheid, gepubliceerd op 3 mei 2025, slaat de organisatie alarm over de toenemende economische druk op nieuwsorganisaties. Voor het eerst sinds het ontstaan van de World Press Freedom Index, is de wereldwijde situatie als geheel bestempeld als “moeilijk”. De daling wordt voornamelijk veroorzaakt door het economisch criterium, dat op zijn laagste niveau ooit is beland.
Volgens RSF is de economische situatie van media in 160 van de 180 beoordeelde landen “moeilijk” of ronduit “onhoudbaar”. In bijna een derde van de landen worden nieuwsmedia zelfs gedwongen hun deuren te sluiten. Dit gebeurt niet alleen in conflictgebieden zoals Palestina (163e), waar Israëlische aanvallen tot massale vernietiging van nieuwsredacties hebben geleid, maar ook in democratieën zoals de Verenigde Staten (57e, -2), Argentinië (87e, -21) en Tunesië (129e, -11).
Financiële kwetsbaarheid ondermijnt onafhankelijke journalistiek
De RSF wijst op een reeks structurele problemen die media wereldwijd verzwakken: concentratie van mediabezit, oneerlijke verdeling van overheidssteun, terugtrekkende adverteerders, en een dominantie van techreuzen zoals Google en Facebook, die het grootste deel van de online advertentie-inkomsten opslokken. “Zonder economische onafhankelijkheid kan er geen vrije pers bestaan”, stelt RSF-redactioneel directeur Anne Bocandé. “De journalistiek vervalt dan in een strijd om aandacht, waarbij kwaliteit onder druk komt te staan”.
Verenigde Staten in vrije val
In de VS, waar voormalig president Donald Trump aan zijn tweede ambtstermijn is begonnen, zijn diverse financieringskanalen voor internationale journalistiek opgedoekt. De afbouw van steun aan de US Agency for Global Media en USAID heeft geleid tot het stopzetten van tientallen media-initiatieven wereldwijd, waaronder in Oekraïne. Lokale journalistiek verkeert er in zwaar weer, met meer dan 60% van de journalisten in staten zoals Florida en Pennsylvania die aangeven nauwelijks een leefbaar inkomen te kunnen verdienen.
Massale sluiting en censuur in repressieve staten
In 34 landen is er sprake van massale sluiting van nieuwsmedia en gedwongen ballingschap van journalisten. Dit is vooral zichtbaar in dictaturen zoals Nicaragua (172e), Iran (176e), Myanmar (169e) en Afghanistan (175e). In veel gevallen zijn economische problemen het gevolg van politieke repressie, waarbij mediabedrijven bewust worden gemarginaliseerd.
Zelfs landen die traditioneel hoog scoren, zoals Zuid-Afrika (27e) en Nieuw-Zeeland (16e), ondervinden de gevolgen van deze wereldwijde tendens. Ook in Frankrijk (25e, -4) en Australië (29e) leidt de groeiende concentratie van mediabezit tot bezorgdheid over redactionele onafhankelijkheid.
Wereldkaart kleurt dieprood
De RSF-kaart toont een ongekende verslechtering van persvrijheid: in 42 landen – goed voor meer dan de helft van de wereldbevolking – is de situatie als “zeer ernstig” bestempeld. Naast Palestina behoren ook landen als China (178e), Eritrea (180e), Noord-Korea (179e), Hongkong (140e), Iran (176e) en Rusland (171e) tot deze groep. In de Afrikaanse regio zagen 80% van de landen hun economische score verslechteren, waarbij Eritrea zijn positie als slechtst scorend land behoudt.
Europese Unie loopt voorop, maar kent ook scheuren
De Europese Unie-Balkanregio scoort nog altijd het hoogst wereldwijd, maar ook hier is het economisch perspectief aan het verslechteren: in 28 van de 40 landen is de financiële situatie van media achteruitgegaan. De langverwachte implementatie van de European Media Freedom Act (EMFA) blijft uit. Noorwegen (1e) behoudt zijn positie als beste land ter wereld, gevolgd door Estland (2e) en Nederland (3e).
Conclusie: economische wederopbouw, essentieel voor persvrijheid
De RSF benadrukt dat de bescherming van persvrijheid hand in hand moet gaan met economische hervormingen en transparante steun aan onafhankelijke journalistiek. Zonder die basis, zo stelt Bocandé, “staan waarheidsvinding en publieke controle op het spel”.