Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken Internationale Samenwerkingen en International Business (BIBIS) is van mening dat vooral grenscontroversies aan tafel opgelost moeten worden. Dat zei Ramdin tijdens een persconferentie.
“Wij willen geen conflicten in onze regio, vrede en veiligheid garanderen is belangrijk”, zegt de bewindsman. Hij benadrukt dat we als regio en als land voorzichtig moeten omgaan in deze grens-controverse, dit omdat er naar zeggen van Ramdin ‘in verschillende gradaties belangen spelen’. “Er is een bilateraal conflict tussen Guyana en Venezuela. Als het conflict alleen opgelost kon worden tussen de twee landen, dan zou het prachtig zijn en dat is ook de bedoeling”, merkt Ramdin op. Dan zal Suriname slechts observeren en toekijken hoe de zaken worden opgelost. Als er geen oplossing bereikt kan worden tussen de twee landen, wat nu het geval lijkt te zijn, krijgt het conflict een regionaal karakter en gaat de regio zich ermee bemoeien.
Bij regionale conflicten wordt het probleem eerst besproken door de regionale organisatie, in dit geval gaat het dan om CARICOM. Het is volgens de BIBIS-minister internationaal de verwachting dat de regio haar eigen veiligheidsissues probeert op te lossen. Het regionale aspect is heel erg belangrijk en het voorkomen van conflicten is een belangrijke inzet voor de regiolanden. “Het oplossen van de conflicten is ook belangrijk voor de economische ontwikkeling van de regio. Suriname en ook andere landen zijn nu bezig hun olie- en gassector op te bouwen. Het hebben van conflicten kan zonder meer een impact hebben op de economische ontwikkeling van de landen binnen de regio.”
In de afgelopen jaren is er veel interesse in de landen binnen de regio met drecente grote olievondsten. Als het grensgeschil tussen Guyana en Venezuela zou uitmonden in een conflict, kan dit voor internationale investeerders een reden zijn om hun financiële middelen niet te investeren binnen de CARICOM-zone. “Wij willen niet bijdragen aan dit soort onzekerheden. Wij zullen ook deze week praten met de verschillende oliemaatschappijen om ze te informeren hoe we met deze situatie omgaan”, benadrukt Ramdin. “Professioneel, rustig en weloverwogen gaan we praten.” Wat Ramdin duidelijk vaststelt, is dat de CARICOM niet wil bijdragen aan nog meer wereldconflicten die economische en sociaal-maatschappelijke gevolgen kunnen hebben voor ons land.