De rechter heeft maandag H.S. veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 jaar voor zijn aandeel in de brandstichting die begin vorig jaar een reeks monumentale panden aan de Domineestraat in de as legde. De veroordeling steunt grootdeels op de belastende verklaring van medeverdachte N.J., de resultaten van forensisch onderzoek en getuigenverklaringen.
N.J., die eerder tot 10 jaar cel werd veroordeeld en dit in hoger beroep aanvecht, was na zijn veroordeling korte tijd op de vlucht. Tijdens die periode kwam hij opnieuw in contact met enkele personen, onder wie H.S. Nadat N.J. opnieuw was aangehouden, verklaarde hij dat hij in geldnood verkeerde nadat hij net een korte celstraf had uitgezeten. Volgens hem had H.S. hem in die periode gevraagd mee te doen aan de brandstichting.
N.J. bekende dat hij bewust is meegegaan, maar ontkende zelf het vuur te hebben aangestoken. Wel gaf hij toe stukken spons in het pand te hebben gestrooid om het vuur aan te wakkeren. Volgens zijn verklaring had H.S. hem verteld dat een ondernemer (M.S.) opdracht had gegeven voor de brandstichting en daarvoor €10000 zou betalen.
H.S. had hem de helft van dat bedrag beloofd. Achteraf bleek hij echter niet conform afspraak te zijn betaald. Dat zou voor N.J. reden zijn geweest om na zijn ontvluchting verhaal te halen bij H.S. en een andere mogelijke betrokkene, L.W.
In zijn hoger beroep verklaarde N.J. dat hij besloot de waarheid te vertellen, omdat hij naar eigen zeggen ‘dubbel straf’ uitzit: zowel voor zichzelf als voor H.S. Dankzij N.J. kon de politie ook H.S., L.W. en M.S., de vermoedelijke opdrachtgever, aanhouden. L.W. en M.S. zijn later in vrijheid gesteld.
Het Openbaar Ministerie en de rechter hebben ook veel waarde gehecht aan de verklaring van een familielid van N.J. Zij bevestigde dat haar oom samen met H.S. de brand had gesticht. Daarnaast verklaarde zij dat haar oma had verteld dat H.S. en de inmiddels vrijgelaten L.W. na de brand bij haar kleding hadden opgehaald die zij in de nacht van de brand aan hadden en dat zij die kleding vervolgens hebben verbrand.