Tijdens de lancering van drie nieuwe beleidsdocumenten van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (MinOWC) heeft president Chan Santokhi het belang van onderwijs voor de toekomst van Suriname benadrukt. “Onderwijs is de sleutel tot een betere toekomst, vol kansen en mogelijkheden”, stelde de president.
De lancering vond plaats op donderdag 5 september in het Cenasu-gebouw, waarbij ook minister Henry Ori, diverse onderwijsbonden, UNICEF Suriname en medewerkers van het ministerie aanwezig waren. President Santokhi sprak met optimisme over de toekomst van het Surinaamse onderwijs. “Vandaag zetten we samen de koers uit voor een Suriname waar onderwijs de motor is van ontwikkeling.”
Hij benadrukte hoe cruciaal onderwijs is voor de opbouw van de natie en het verbeteren van de levensomstandigheden. Het fundament voor Surinames toekomst ligt volgens de president in het onderwijs, dat ieder kind in staat moet stellen zijn of haar potentieel te benutten, ongeacht de achtergrond. Het Nationaal Onderwijs Beleidsplan Suriname 2024-2031 fungeert daarbij als kompas voor een onderwijsstelsel dat gericht is op inclusiviteit, kwaliteit en innovatie.
De president gaf aan dat onderwijs verder gaat dan cijfers en examens; het draait om een holistische aanpak die de volledige ontwikkeling van het kind ondersteunt. Hij sprak over de noodzaak om obstakels weg te nemen die kinderen beletten hun volledige potentieel te bereiken. Investeringen in leerkrachten, veilige leeromgevingen en een systeem dat diversiteit en inclusie waardeert, zijn essentieel. Het uiteindelijke doel is een onderwijsstelsel dat bijdraagt aan economische groei en welvaart. “Laten we samenwerken aan een onderwijssysteem dat onze nationale trots wordt”, aldus Santokhi.
De visie van de regering wordt onderbouwd door drie belangrijke documenten. Het verslag van het Onderwijscongres “SAMEN – ONDERWIJS – TOEKOMST – BOUWEN” (2023) bundelt inzichten en best practices van onderwijsprofessionals. Daarnaast schetst het beleidsdocument “Van Silhouet naar Stralend Gelaat” de huidige staat van het onderwijs en biedt het een visie voor transformatie. Tot slot leggen drie conceptwetten – de Wet op het Basisonderwijs, de Wet op Onderwijstoezicht, en de Wet op Leerplicht – de juridische basis voor deze onderwijsvernieuwing.