Het directoraat Cultuur en de afdeling Cultuurstudies van het Ministerie van Onderwijs Wetenschap en Cultuur, hebben vrijdag samen een Cultuur Expo georganiseerd.
De activiteit is in het kader van de herdenking van 149 jaar Hindostaanse Immigratie op 5 juni en duurt tot 9 juni. Onderdirecteur van het directoraat, Clifton Braam, vertelt dat de expo toch op een bescheiden manier is gehouden. De voorbereidingen hebben in zeer korte tijd plaatsgevonden.
Kennis
Braam merkt verder op dat het belangrijk is dat de gemeenschap weet wat zich in het verleden heeft afgespeeld. Hij stelt dat vooral jongeren moeten weten hoe rijk Suriname is aan cultuurgeschiedenis. De expo is een voorloper op de activiteiten van 2023.
“Dit is een voorloper op die ‘bigiyari’ van volgend jaar. Dan is het 150 jaar Hindostaanse immigratie. Wij willen nu alvast gaan werken aan volgend jaar, wanneer het zo ver is met alle andere organisaties.”
De onderdirecteur meldt dat op het directoraat ook gewerkt is aan de bewustwording, zodat de eigen mensen bij de organisatie meer te weten komen over het verleden. Met de nadruk dat dit in het bijzonder gaat over de komst van de immigranten.
Bloementuin
Braam vertelt dat door de Covid-19-pandemie niet veel activiteiten georganiseerd konden worden door het directoraat en andere belanghebbende organisaties. Nu wordt gewerkt aan een inhaalslag. Hij stelt dat er veel meer activiteiten, zoals de expo van vandaag zullen komen.
“Ons beleid is erop gericht dat wij cultuur naar buiten moeten brengen. We moeten cultuur uitdragen en mensen moeten meer kennis dragen van die ruime bromkidyari.”
Om de bewustwording op het gebied van cultuur op te krikken bij jongeren, gaat het directoraat naar verschillende scholen. Er zal naar zeggen van Braam vertelt worden aan kinderen over de culturele diversiteit.
Ook is er een schema voor radioprogramma’s, videoproducties en een maandblad maakt deel uit van de erkenning. “We trekken hard aan ons materieel en immaterieel erfgoed en dat merkt u ook.”
Het moment is naar zeggen van Braam nu daar, dat de tijd is aangebroken om de gedachtegang ‘natiecreatie’ hoger in het vaandel te houden. De kennis moet worden overgebracht aan de volgende generaties.
Hoe meer jongeren weten door kennisoverdracht, des te beter zal het wederzijdse respect zijn tussen de verschillende bevolkingsgroepen binnen de samenleving.