“Mensen worden uiteraard aan hun lot overgelaten, want de verhogingen vinden eerst plaats en achteraf wordt er dan gekeken, wat er gedaan kan worden voor de mensen, maar dan zitten we al enkele maanden verder en de prijzen zijn dan een aantal keren verhoogd. Hierdoor ontstaat er een gap, die nooit ingelopen wordt”, zegt ondervoorzitter Rachel Dalger van de Consumentenkring.
Dalger geeft aan dat de verhoging van de benzineprijs sowieso zorgt voor verhoging van de prijzen van levensmiddelen. “Als we kijken naar de verschillende groepen, dan zijn de mensen met een beperking en de seniorenburgers, die het hardst worden getroffen door de verhogingen.” De ondervoorzitter zegt dat deze groepen steeds verder wegvallen, omdat de armoede steeds groter wordt. De mensen met een beperking krijgen wel een financiële bijstand, die niet lang terug door de regering is verhoogd is en de senioreburgers een AOV, die ook opgeschroefd is.
Maar de prijzen in de winkels nemen steeds toe, dus deze mensen zijn met de verhoging van de financiële bijstand en de AOV niet veel verholpen. “Als een persoon van de middenklasse niet eens uitkomt met een salaris van SRD 6000 per maand, dan wat moeten de mensen met een beperking en seniorenburgers doen, die veel minder dan SRD 6000 krijgen als financiële bijstand en AOV”, vraagt Dalger zich af.
Volgens Dalger hebben juist deze mensen veel meer aandacht nodig. De levensmiddelen en de medicamenten, die ze nodig hebben kunnen ze zich niet meer permitteren. Hierdoor zal hun gezondheid achteruit gaan. “Aan de ene kant probeert de regering het sociaal vangnet te verbeteren, maar als de benzineprijs steeds wordt verhoogd en verschillende subsidies worden afgebouwd, dan zal er geen balans meer zijn, want dan zullen de levensmiddelen toch duurder worden.
Dalger stelt voor dat de regering de nutsvoorzieningen en de benzineprijzen blijft subsidiëren, zodat de goederen in de winkels betaalbaar blijven. Volgens haar moet de controle op prijzen in de winkels worden opgevoerd. “Als de benzineprijzen dalen, dan dalen de prijzen in de winkels niet, dus de controle moet worden opgevoerd.”