“Op dat moment sloegen al mijn fuses door. Ze sloegen tegenovergesteld de Wanicastraat in en reed ik ze, zonder na te denken, achterna. Ik was van plan ze klem te rijden en had ze al ingehaald, maar de duorijder die mijn tas had gepakt hitste de bestuurder op om gas te geven. Ik gaf ook plankgas en bamm, ik reed ze omver,” aldus een 66-jarige vrouw maandag in de rechtszaal over hoe ze twee rovers aanpakte, nadat ze was beroofd.
De verdachten sloegen na de botsing te voet op de vlucht, maar werden kort daarna in de omgeving aangehouden. De beroving vond plaats op 15 oktober vorig jaar op de hoek van de dr. Sophie Redmondstraat en de J.A.Pengelstraat (voorheen Wanicastraat). Het slachtoffer vertelde dat ze op de bewuste dag omstreeks 07:00 uur in de auto was toen het verkeerslicht op die hoek op rood sprong. Haar portieren waren op slot, maar het raam aan de bestuurders kant stond halfopen. Twee mannen op een bromfiets kwamen aangereden en stopten vlak naast de neus van haar voertuig. De duorijder stapte af en kwam haar bij het openstaande raam vragen of hij een baco van haar kon lenen.
Voordat zij kon vragen wat een baco is, had hij zijn hand door het raam gestoken. Hij reikte zijn hand voorbij het slachtoffer om haar die tussen de twee voorstoelen lag weg te grissen. Hoewel ze probeerde om de tas vast te houden was ze niet tegen de rover opgewassen.De man wist de tas te bemachtigen. Daarna rende hij terug naar zijn comparant en nam achterin plaats. Vervolgens gaf de bestuurder gas en reden ze tegen het verkeer in de J.A. Pengelstraat op. Nadat de vrouw ze in een roes achterna was gereden en van achteren geramd, schoten een politieman en andere omstanders haar te hulp.
De rovers hadden de benen genomen met achterlating van hun brommer en de tas van het slachtoffer. Politieagenten die toevallig langskwamen pakten de zaak op en kamden het gebied af. Niet lang daarna werden de twee verdachten achterhaald en in de boeien geslagen. Ze leidden de politie naar de plek waar ze de portemonnee van het slachtoffer hadden gedumpt. Achteraf bleek een van de verdachten een militair (Gillion N.) te zijn, de andere is burger (Dwight R.).
Op vragen van de raadsman van Dwight R. vertelde het slachtoffer dat ze beide verdachten goed had gezien en achteraf herkend. Ze had enkele ogenblikken oogcontact met de militair die haar bij het raam van de auto had gesproken om vervolgens de tas te pakken. Ze had het gezicht van de bestuurder pas gezien nadat die achterom had gekeken nadat zijn comparant de tas al had gepakt en zich naar de brommer haastte.
De vrouw vertelde dat ze in een opwelling had gehandeld toen ze de mannen achterna ging, maar dat ze daarna toch onder de indruk was van de beroving. Nadat ze ze omver had gereden en hulp was gearriveerd, beefde ze over haar heel lijf. Reagerend op vragen van de rechter vertelde ze mentaal nog steeds last te hebben van de beroving.
De oma betreurde op de zitting dat twee stevige jongemannen, doelende op de rovers, tot deze daad zijn overgegaan, terwijl niets ze weerhoudt om te gaan werken. De verdere behandeling van de zaak zal volgende maand plaatsvinden.
