Het ministerie van Defensie buigt zich over de kwestie waarbij Guyanese militairen zich hebben gestationeerd in het Tigri gebied. Ze sprak journalisten gisteren voor aanvang van de ministerraadsvergadering.
De bewindsvrouw stelt dat er ook een plan klaarligt als Guyana buiten de regels om handelt. De bedoeling is wel dat zaken via dialoog worden opgelost, benadrukt de bewindsvrouw. Ze stelt verder dat Suriname het probleem van het grensgeschil wil aanpakken middels dialoog en multilaterale mechanismen. Ze benadrukt dat er veel mogelijkheden zijn zoals het schrijven van nota’s en het innemen van harde standpunten.
Mathoera geeft aan dat de samenleving niet hoeft te vrezen voor een oorlogssituatie of iets in die zin. Ze stelt dat het ministerie van Binnenlandse Zaken vele wegen kan bewandelen om de grenskwestie op te lossen. De minister verklapte dat er ook een grenscommissie in het leven is geroepen bestaande uit het ministerie van Defensie en buitenlandse zaken. Het leger en een aantal andere departementen. Alle bewegingen in het Tigri gebied worden volgens de minister gevolgd.
De functionaris stelt dat er daadwerkelijk wat bewegingen gesignaleerd zijn in het Tigri gebied. Het ministerie van BuZa is volgens haar over en weer bezig met het versturen van brieven. Dit is om bevriende naties te informeren over de kwestie. Dit is wel puur een aangelegenheid van Buitenlandse Zaken. De regering is bezig met een plan.
Mathoera verwijst naar het verdrag van Chaguaramas, waarin staat dat er geen militaire activiteiten in het gebied mogen plaatsvinden. “Als dat verdrag overtreden wordt, moeten we inderdaad rapporteren en ook deponeren bij Guyana”. De minister stelt dat het deponeren van een klacht bij Guyana in het voordeel van Suriname zal werken.
Mathoera benadrukt ook dat het Tigri gebied van ons is en Guyana het claimt. Ze stelt dat gezien de ontwikkelingen rond de olie- en gasindustrie het niet verstandig is om de kwestie anders dan bilateraal of via dialoog op te lossen via instituten die internationaal op orde zijn. “Dat is het standpunt, maar terwijl het proces loopt kunnen we harde standpunten nemen en bevriende naties vragen om te bemiddelen”.